Jaren lang is er na de Tweede Wereldoorlog (1939-1945) gewerkt aan het veiliger maken van de wereld. Ondanks de bewapeningswedloop die gepaard ging met de Koude Oorlog (1946-1991) tussen de Verenigde Staten en de Sovjet-Unie is men daar vrij goed in geslaagd. Komt er dan zo’n cowboy uit Texas die het recht opeist om naar eigen goeddunken zijn pistool te kunnen trekken om iedereen die hem niet aanstaat neer te knallen.
Spijtig genoeg gaat het niet om een tweederangs cowboyfilm met een derderangsacteur à la Ronald Reagan (president van de VS van 1981 tot 1989), maar om bittere werkelijkheid. Sedert het World Trade Centre in New York op 11 september 2001 tegen de grond werd gelegd, slaan bij president George Bush jr. de stoppen door. Wat des te erger is omdat die man het grootste arsenaal massavernietigingswapens ter wereld controleert en meent dat hij die, als opperbevelhebber van de Amerikaanse strijdkrachten, eigenmachtig, zonder het Congres te raadplegen, mag gebruiken.
Niet de Iraakse president Saddam Hoessein is een gevaar voor de wereld, wel president Bush. Samen met zijn medewerkers-havikken zoals vice-president Dick Cheney, minister van Defensie Donald, veiligheidsadviseur Condoleeza Rice, ambassadeur bij de VN John Negroponte (die eigenlijk als een oorlogsmisdadiger kan worden beschouwd wegens zijn acties in Midden-Amerika) en vele anderen vice-ministers.
Democratisering van de VS gevraagd
Met zo’n bewindsvoerders kunnen de mensen overal ter wereld beter maar hun hart vasthouden. En dat doen ze ook – naast hun beurs. De onzekerheid en de onveiligheid die Bush heeft geschapen zijn de grote oorzaak van de aanslepende economische crisis en de forse terugval op de beurzen. Niemand durft nog ergens in te investeren, want wie weet wat Bush nog gaat uithalen en waar.
Bush pleit voor een verandering van regimes die hem niet aanstaan – bv. Saddam Hoessein in Irak, Yasser Arafat in Palestina. Zou het niet beter zijn dat de Amerikanen een andere president kiezen? Maar dat kunnen ze pas eind 1993. Als ze nog bij hun zinnen zijn kunnen ze alvast in de Congresverkiezingen van november de president desavoueren door de Republikeinen een klinkende nederlaag toe te dienen.
Dit vernieuwde Congres zou dan ook maar eens werk moeten maken van het democratiseren van Amerika. Dit wil zeggen: eindelijk afstappen van het verkiezen van "kiesmannen" die de president moeten aanduiden en niet volgens het principe één-man-één-stem worden gekozen. Moest dat democratische principe hebben bestaan dan was George Bush jr. nooit president geworden.
Strijd tussen goed en kwaad
Bush en zijn houding tegenover de buitenwereld komen niet zomaar uit de lucht vallen. Er is heel de Amerikaanse geschiedenis door een tendens tot unilateraal optreden geweest, die dikwijls, ten onrechte, "isolationisme" wordt genoemd. Als de Amerikanen bv. niet wilden meedoen met de Volkerenbond, was dat niet omdat ze zich wilden isoleren van de rest van de wereld maar wel omdat ze eenzijdig, naar eigen goeddunken, wilden optreden.
Dit unilaterale heeft een sterke christelijke fundamentalistische inslag. Sedert Ronald Reagan is dit op de Bijbel gesteunde visionaire fundamentalisme in opmars in de VS-instellingen. Reagans verklaringen met religieuze inslag over het "rijk van het kwaad" als hij het over de Sovjet-Unie had, doen denken aan Bush’ "as van het kwade". Het ziet ernaar uit dat het christelijke fundamentalisme momenteel de politieke agenda bepaalt.
Om het enigszins overtrokken te zeggen is er nu een machtsstrijd aan de gang tussen de "goede", christelijke fundamentalist George Bush, en de "slechte", want islamitische, fundamentalist Osama bin-Laden. Wat er met de rest van de wereld gebeurt kan beide niets schelen. In de VS heeft die strijd tussen "goed" en "kwaad" al geleid tot een frontale aanval op de burgerlijke vrijheden, tot een begin van afbraak aan de rechtsstaat. Kwestie van eerst voor eigen deur te vegen. Bovendien zijn dat "details" die de strijd voor het "goede" niet in de weg mogen staan.
Burgers en buitenlanders (zoals de gevangen Taliban- en Al Qaeda-strijders in Guantanamo) kunnen, zonder dat zelfs hun namen ooit worden bekendgemaakt, nu in principe voor de rest van hun leven achter de tralies verdwijnen, zonder enige vorm van proces. Of ter dood worden veroordeeld door geheime rechtbanken zonder mogelijkheid van beroep.
Het is voorwaar ver gekomen met de "democratische waarden" die de VS overal ter wereld zeggen te bevorderen. Behalve natuurlijk in de ondemocratische landen die het Amerikaanse spel willen meespelen zoals Saudi-Arabië, Koeweit, Kazhastan, Tadzjikistan, Pakistan… en ga zo maar door.
Weg met het internationaal recht
Ook internationaal recht en akkoorden zijn van geen tel meer voor Bush. Een Internationaal Strafhof voor oorlogsmisdadigers en voor de berechting van misdaden tegen de menselijkheid? Kan niet, ten minste niet voor Amerikaanse burgers. Een Internationale Conventie tegen Biologische Wapens? Geen zaken mee. Een verdrag ter beperking van de afweersystemen tegen raketten zoals het ABM-verdrag met Moskou? Naar de prullenmand ermee. Zo kan men nog lang doorgaan.
De Verenigde Naties? De bijdragen worden niet betaald maar de VN en haar gespecialiseerde instellingen moeten ten dienste staan van Washington. Zoniet moeten hun leiders maar de laan worden uitgestuurd. Zoals onder meer Mary Robinson, Hoge Commissaris voor de Mensenrechten, Jose Mauricio Bustani, hoofd van de Organisatie voor het Verbod van Chemische Wapens en anderen mochten ondervinden (zie Uitpers, nr. 32, juli-augustus 2002).
VN-secretaris-generaal Kofi Annan zou dezelfde weg kunnen opgaan. Vandaar dat hij in scherpe bewoordingen elke Palestijnse aanslag veroordeelt, maar Israëlische moorden slechts "betreurt" en over het Israëlische bloedbad in Jenin een nep-rapport liet opstellen, dat de Israëli’s grotendeels vrijpleitte. Hij zit hiermee op de lijn van Bush die "woedend" is als er een Israëli omkomt, maar geen kik geeft als er Palestijnen worden afgeslacht.
Volgende doelwit: Bagdad?
Sedert in Afghanistan uit weerwraak voor 11 september het Taliban-bewind, dat onderdak verleende aan Al Qaeda, omver is geworpen – zonder dat Osama bin-Laden noch Taliban-baas mollah Omar werden gevonden – heeft Bush zijn zinnen gezet op Irak. Onder voorwendsel van voortzetting van de strijd tegen het "terrorisme", alhoewel er nog geen enkele band bewezen is tussen Al Qaeda en president Saddam Hoessein.
Al heel het jaar is er sprake van een aanval, met allerlei scenario’s en speculaties over het tijdstip. In oktober, nog vóór de Congresverkiezingen? Misschien te riskant als het niet onmiddellijk succes oplevert en er teveel "bodybags" met Amerikaanse soldaten nar huis zouden komen. Daarna dan, of begin volgend jaar?
Feit is dat de planning geen sinecure is. Alleen Israël is laaiend enthousiast. De hele Arabische wereld, met inbegrip van Koeweit, is tegen. Saudi-Arabië heeft al laten weten dat het zijn grondgebied niet zal laten gebruiken voor een aanval. Bahrein en Qatar, die respectievelijk een belangrijke Amerikaanse havenfaciliteit en een vliegveld met bijbehorend commandocentrum voor operaties in het hele Golfgebied, herbergen, hebben zich uitgesproken tegen de oorlog maar zijn nog niet zover gegaan als Saudi-Arabië. Jordanië is diep ongelukkig omdat de Amerikanen openlijk plannen maken om ook vanaf Jordaans grondgebied aan te vallen.
Het verzet van de meeste regimes is ingegeven door schrik voor de massa. Zowel kroonprins Abdullah van Saudi-Arabië als president Mubarak van Egypte hebben gewaarschuwd dat geen enkele Arabische leider de woedende protesten onder controle zal kunnen houden als de Amerikanen Irakezen doden terwijl Israël Palestijnen ombrengt. De schrik zit er bij de Arabische leiders dik in. De regimes in de Golfstaten, Jordanië en Egypte kunnen door een massale protestbeweging worden weggeveegd.
Het wordt de doorgaans pro-Amerikaanse Arabische staten niet in dank afgenomen. De crisis in de Amerikaans-Saudische betrekkingen is nog nooit zo groot geweest sedert een "denktank" er openlijk op aanstuurde Saudi-Arabië als een vijand te gaan beschouwen. En sedert nabestaanden van slachtoffers van 11 september een proces tegen een reeks Saudi’s, ook prinsen, hebben aangespannen omdat zij medeverantwoordelijk zouden zijn voor de aanslagen door hun financiering van islamistische groepen.
In Europa staat alleen nog Tony Blair, als trouwe Britse vazal, achter de aanvalsplannen van Bush. Maar dat kan hem zuur opbreken. De anglicaanse kerk heeft zich al openlijk uitgesproken tegen de oorlog, de vakbonden en de Labour-partij zullen dit, naar wordt verwacht, ook doen.
Ook Amerikaans verzet
En na een periode van stilte, om niet als "onpatriottisch" over te komen, zijn er nu ook in de VS dissidente stemmen te horen, zowel bij de Democraten als de Republikeinen en bij de strijdkrachten. Ook de "oude garde" heeft gewaarschuwd. James Baker, minister van Buitenlandse Zaken onder Bush sr. tijdens de Golfoorlog tegen Irak van 1990-1991, sprak zich uit tegen een eenzijdige operatie omdat die zware politieke en economische gevolgen zou hebben. Hij zit hiermee op dezelfde lijn als Norman Schwartzkopf, de geallieerde opperbevelhebber tijdens de Golfoorlog, en Bush’ sr. veiligheidsadviseur Bent Swowcroft. Vader Bush heeft blijkbaar zijn zoon op de vingers getikt via zijn voormalige medewerkers.
Met als gevolg dat president Bush jr. zijn rethoriek heeft gemilderd en niet meer spreekt van een aanval op korte termijn. Maar zijn vice, Dick Cheney, doet nog dapper voort. Voor hem kan er niet snel genoeg een actie komen.
Als die er komt zal het de Amerikaanse regering, die nu al met een toenemend budgetdeficit te kampen heeft, heel wat duiten kosten. De directe kosten van de Golfoorlog 1990-1991 bedreogen in totaal 60 miljard dollar, waarvan er zowat 50 miljard werden opgehoest door vooral de Arabische landen Koeweit en Saudi-Arabië. Daar kan nu niet op worden gerekend. Dat wil zeggen dat de regering elders zal moeten gaan snoeien en dat door die bezuinigingen de economie in een neerwaartse spiraal dreigt te geraken.
Een aantal top-generaals ziet ook niet in waarom Bagdad nu moet worden aangevallen. Volgens de rapporten van hun veiligheidsdiensten over de Iraakse massavernietigingswapens, gaat er geen onmiddellijk gevaar uit van president Saddam Hoessein. Zij pleiten dan ook voor een voortzetting van de bestaande politiek van "containment" – het in bedwang houden van Irak – in plaats van tot een risicovolle en dure invatie over te gaan.
Sabotage van olie-voorvoedsel
Irak wordt al twaalf kort gehouden, zegt maar tekort gedaan, sedert de invasie van Koeweit in augustus 1990. Sedertdien sterven nog elke maand 5.000 mensen aan de gevolgen van het handelsembargo tegen het land. Een humanitaire catastrofe – volgens enkele voormalige topambtenaren van de Verenigde Naties zelfs een genocide.
Een genocide, waar Amerikanen en Britten alles aan doen om die te laten voortduren. Het olie-voor-voedsel-programma wordt door hen voortdurend gesaboteerd. Ondanks de "versoepelingen" die zijn ingevoerd door het plafond voor olieverkoop op te heffen en de procedures voor de aankoop van voedsel en medicijnen te vereenvoudigen, werkt het programma de voorbije maanden slechter en slechter.
De reden: Amerikanen en Britten hebben hun maatschappijen de wenk gegeven niet meer in Irak te kopen. Bovendien is er een zodanig prijsmechanisme ingevoerd dat de kopers pas achteraf, als ze geladen hebben, weten wat ze moeten betalen! Wegens die onzekerheid hebben vele oliehandelaars afgehaakt. Het olie-voor-voedsel-programma kampt dan ook met een miljarden dollar-tekort. En natuurlijk, zo zullen Amerikanen en Britten volhouden, is het de schuld van Saddam Hoessein, niet van hen, als er onschuldige Irakezen sterven bij gebrek aan voedsel en medische verzorging.
(Uitpers, nr. 33, 4de jg., september 2002)