Op 9 en 10 september komt in New Delhi, India, de G20 samen, dit zijn de G7 met een aantal groeilanden van het Zuiden.
Gewoontegetrouw vindt daarnaast ook een bijeenkomst van sociale bewegingen plaats, omdat zo’n topvergadering altijd het resultaat is van al het werk dat tijdens het voorzitterschap van een land – dit jaar India – werd verricht door thematische ministervergaderingen, werkgroepen en sociale bewegingen.
Van 18 tot 20 augustus werd daarom een vergadering georganiseerd van sociale bewegingen. Premier Narendra Modi houdt daar niet zo van en daarom was de internationale participatie al zeer erg beperkt. Maar drie dagen lang kwam een coalitie van zo’n 70 volksbewegingen met daarbij ook vakbonden samen in de lokalen van de Congrespartij.
Publieke ruimte kregen de bewegingen niet, vandaar dat ze in partijlokalen samen kwamen met meer dan vijfhonderd mensen.
Vanaf dag twee trad de politie echter op met de mededeling dat er geen toestemming gegeven was voor de bijeenkomst. Maar wie in particuliere lokalen vergadert, hoeft zo’n toestemming natuurlijk niet. Toch werd zo’n tweehonderd mensen de toegang geweigerd.
Op dag drie werd de bijeenkomst onmogelijk gemaakt. De toegang werd volledig afgesloten. Dat is democratie in het India van vandaag.
De bewegingen wijzen er in een verklaring op dat het dringend tijd wordt om op G20 vergaderingen ook aandacht te hebben voor de behoeften van mensen, voor onderwijs, gezondheidszorg, sociale bescherming. Ook landbouw en voedselveiligheid stond op de agenda van de bewegingen, net zoals het recht op informatie in een digitale cultuur, klimaatverandering en biologische diversiteit, mensenrechten, vooral van Dalits en Adivasis, fascisme en ongelijkheid.
Deze verklaring zal nu toch als input naar de G20 worden gezonden. Het is echter duidelijk dat Modi en de zijnen het mooie beeld van ‘Shining India’ niet willen laten vervuilen.