Rondkijkend in de Franse linkerzijde lopen nogal wat politieke leiders rond die politiek geschoold werden bij een van de trotskistische bewegingen. Sterkst vertegenwoordigd zijn de “lambertisten”, de stroming die binnen La France insoumise (LFI) van Jean-Luc Mélenchon aan ‘entrisme’ doet, en waartoe Mélenchon zelf behoorde. De twee andere belangrijkste groepen, de Nouveau Parti Anticapitaliste (NPA) en Lutte Ouvrière stappen onder eigen vaandel naar de parlementsverkiezingen van 12 juni.
POI
De “lambertisten” vinden we bij de Parti Ouvrier Indépendant (POI) en de POID (D van Démocratique), een afsplitsing. Lambertiste, naar Pierre Lambert, pseudo van de historische leider Pierre Boussel. Ze waren in 1953 uit de Franse afdeling van de IVe Internationale gezet omdat ze zich verzetten tegen het “entrisme” in de communistische PCF. Die afscheuring liep uit op de Organisation Communiste Internationaliste (OCI), later Parti des Travailleurs en nog later de POI (Noot: dit en alles wat volgt is een zeer vereenvoudigende weergave van een zeer complexe geschiedenis).
Naast Mélenchon waren o.a. ook ex-premier Lionel Jospin en gewezen PS-leider Jean Christophe Cambadélis ooit bij de “lambertisten”. (Wijlen Daniel Ben Said, NPA, schreef daarover ‘Lionel qu’as tu fait de notre victoire).
De POI heeft zich o.m. stevig ingeplant in de vakbond Force Ouvrière (FO) en werkt nu binnen LFI. De zittingen van Mélenchons “Parlement populailre” hadden plaats in het bolwerk van de POI in de Rue du Faubourg Saint-Denis in Parijs. Verscheidene ‘lambertisten’ zitten in de structuren van LFI en aanverwante. Minstens 4 van hen zijn kandidaat van Nupes bij de komende verkiezingen.
NPA
De andere belangrijke trotskistische stromingen staan buiten Nupes. De NPA is de erfgename van de Ligue Communiste Révolutionaire (LCR), gegroeid uit de trotskistische stroming die binnen de PCF aan entrisme deed, tot ze in 1965 werd uitgesloten. Ze maakt deel uit van de 4e Internationale die o.m. door wijlen Ernest Mandel werd geleid. De Franse voorman van deze stroming, Alain Krivine, overleed onlangs. Uit de LCR groeide dan in 2009 de NPA. Olivier Besancenot van LCR – NPA haalde bij de presidentsverkiezingen van 2002 en 2007 meer dan 4 %. Kandidaat Philippe Poutou haalde dit jaar 0,7%.
LFI voerde ook met de NPA onderhandelingen bij de vorming van de Nupes (Nouvelle Union Populaire Ecologique et Sociale). Dat liep goed tot de PS er ook bij betrokken werd, dat hield voor de NPA teveel toegevingen in aan de sociaaldemocratie met haar neoliberale praktijk. Ook hield LFI zich niet aan de belofte van evenredigheid waarmee NPA in 12 kiesdistricten kandidaten voor verenigd links zu kunnen aandragen, dat werd herleid tot 5.
De NPA heeft beslist in meer dan 70 kiesomschrijvingen waar ze ingeplant is, de kandidaten van de Nupes te steunen. In 12 districten draagt ze wel eigen kandidaten voor tegen Nupes-kandidaten die volgens NPA van rechtse signatuur zijn.
LO
De trotskistische Lutte Ouvrière (LO) pakt in bijna elke verkiezing uit met eigen kandidaten. Bij de presidentsverkiezingen was dat zes keer Arlette Laguiller – ze behaalde tussen 1,3 en 5,7 % (2002). Dit jaar haalde Nathhalie Arthaud voor LO 0,56 % – het was haar derde deelname.
Voor de parlementsverkiezingen heeft LO zo veel mogelijk kandidaten voorgedragen: 549, op een totaal van 577 kiesomschrijvingen. LO heeft van in het begin duidelijk gemaakt niets te zien in toetreding tot of samenwerking met Nupes.
Zie ook: