Volksvertegenwoordiger Dirk Van Der Malen (sp.a) haalde eind augustus heel even het nieuws toen hij op een persconferentie onthulde dat diensten van Financiën in Brussel een gebouw huurden van een firma gevestigd in belastingparadijs Panama. Zijn persconferentie ging echter over veel meer dan dat, maar de rest kwam nauwelijks of niet onder de aandacht. Nochtans, aldus Van Der Maelen, gaat het hier om iets zeer belangrijk: De fiscaliteit is in ons land niet rechtvaardig verdeeld, en die belastingparadijzen zitten daar voor heel veel tussen.
Vanwaar dat voornemen om de komende tijd speciaal aandacht te besteden aan de strijd tegen die belastingfraude via fiscale paradijzen?
Mijn uitgangspunt is de vaststelling dat de fiscaliteit in België niet rechtvaardig verdeeld is. Dat heeft voor een belangrijk deel te maken met het bestaan van belastingparadijzen. Het zijn niet de gewone loontrekkenden en de kmo’s die naar die ‘paradijzen’ trekken, maar wel bedrijven en personen die het geld en de connecties hebben om daar gebruik van te maken. Het opzetten van offshore constructies om de fiscus op afstand te houden, is niet eenvoudig en is meestal duur. Wat men kan uitsparen op belastingen in eigen land, moet groot genoeg zijn om een dergelijke constructie aantrekkelijk te maken. Ook om zich in een belastingparadijs als Monaco te vestigen
Laten we ook niet vergeten dat de economische mondialisering tot een uitholling van de staatssoevereiniteit heeft geleid. Fiscaliteit is één van de weinige domeinen waarmee de staat nog impact op de economie kan hebben. Veel staten trachten door hun fiscaal beleid investeringen en kapitalen aan te trekken. Er is immers een grote mobiliteit van kapitaal, ondernemingen en personen met grote vermogens die op zoek zijn naar de gunstigste fiscale voorwaarden. De term belastingparadijs wordt dan gebruikt voor landen die daar hele ver in gaan, al gebruikt men de jongste tijd meer en meer het criterium van de transparantie.
Hoe dan ook, als we in ons land iets willen doen tegen de onrechtvaardigheid van onze fiscaliteit, moeten we iets ondernemen tegen de enorme fiscale fraude waarbij gebruik wordt gemaakt van belastingparadijzen.
Heeft het wel zin om zoiets wereldwijd te willen aanpakken binnen één land? Dat is toch vechten tegen de bierkaai?
Dat is toch niet helemaal zo. Er is binnen de nationale context toch een en ander mogelijk. Daarom heb ik trouwens al verscheidene voorstellen gedaan waarvan er door de regering zijn overgenomen. Die zijn erop gericht dat soort fraude via belastingparadijzen in de mate van onze mogelijkheden aan te pakken.
Gaat dat wel verder dan theoretische beschouwingen? Hoe moeten we dat concreet zien?
We hebben het hier over concrete voorstellen die nu ter bespreking voorliggen in de Kamercommissie ‘Globalisering’. Er is het voorstel om fondsen vrij te maken voor onderzoek naar het gebruik van belastingparadijzen door Belgische belastingplichtigen die zo belastingen willen ontwijken of ontduiken. We stellen ook voor dat alle aanbevelingen van de OESO in de strijd tegen schadelijke belastingconcurrentie worden uitgevoerd. De OESO adviseert rapporteringregels in te voeren die moeten helpen om informatie te bekomen over het gebruik van die paradijzen. Het is duidelijk dat een verplichte rapportering, waarbij landen andere landen op de hoogte brengen van activiteiten van hun belastingplichtigen in dat land, zeer belangrijk is in de strijd tegen die fraude.
In mijn resolutie wordt ook voorgesteld de lijst te herbekijken van landen waar het belastingregime aanzienlijk gunstiger is dan het onze. Dividenden en interesten ontvangen van of betaald aan dochterondernemingen uit een land van die lijst worden immers fiscaal minder gunstig behandeld.
Dan stellen we ook voor om, naar het Ierse voorbeeld, binnen de administratie een gespecialiseerde eenheid op te richten voor de bestrijding van belastingontwijking of ontduiking via fiscale paradijzen. Die eenheid zou de constructies die daarbij worden gebruikt, in kaart moeten brengen, maatregelen nemen om dat tegen te gaan en de betrokken personen identificeren. Die Ierse eenheid, de ‘Offshore Assets Group’, bracht de Ierse schatkist in één jaar 650 miljoen euro op.
De Belgische overheid, en zelfs Financiën, geeft toch zelf het slechte voorbeeld? Dat geval met Financiën in een gebouw van een Panamese ‘schermonderneming’ is toch niet alleenstaand?
Daar willen we vooral een breed debat over losmaken. De overheid kan moeilijk alle banden verbreken met partners die gebruik maken van fiscale paradijzen. Met welke grote bankinstelling zou ze nog kunnen werken? Maar we moeten er wel zicht op krijgen. Er moet wel een coherent beleid komen. De belastingplichtigen moeten vooreerst duidelijk weten welke transacties met die paradijzen wel en niet mogen.
We streven ook naar een betere werking van en samenwerking tussen parketten, Financiën en Justitie.
Intussen kunnen we toch alleen maar vaststellen dat binnen de Europese Unie die fiscale paradijzen worden aangeklaagd, maar die EU bulkt toch van dat soort paradijzen? Cyprus, Malta, Luxemburg, de Britse Kanaaleilanden, het eiland Man, Gibraltar, de Spaanse enclaves in Marokko en dan de ministaatjes aan de rand als Monaco, Andorra, San Marino…
We zien inderdaad dat elke lidstaat van de EU zijn eigen niche zoekt. Nederland jaagt op de niche van de royalty’s. Zo hebben de Rolling Stones de voorbije twintig jaar op hun inkomsten uit royalty’s amper 1,6 procent betaald. Ze hadden al in 1971 het bedrijf dat hun royalty’s beheert, naar Nederland verhuist. U2 van Bono, die zo een campagnes voert voor ontwikkelingshulp, trok om dezelfde reden naar Nederland.
Microsoft spaart dan weer een half miljard dollar uit door haar intellectuele rechten in Ierland onder te brengen. Want dat land heft geen belasting op patentwinsten, terwijl de vennootschapsbelasting er nauwelijks 12,5 procent bedraagt.
De Europese Commissie treedt daar niet op, zij waakt er alleen over ‘dat er geen discriminatie‘ is. Zolang een bepaald voordeel voor iedereen geldt, mag het dus… Met als gevolg dat we een opbod onder lidstaten krijgen.
Toch staat in vijftien jaar oude rapporten van onder meer het Europees Parlement dat Europa in de strijd tegen de georganiseerde misdaad de fiscale paradijzen moet aanpakken. Maar de praktijk?
De praktijk: sinds een jaar heeft de VLM dagelijks vluchten vanuit Brussel en Antwerpen naar het Britse eiland Man. VLM zegt dat het vluchtschema erop gericht is de zakelijke activiteiten en potentiële investeringen te bevorderen. Wat betekent dat? Dit belastingparadijs binnenin de EU telt 76.000 inwoners, op de bankrekeningen staat er 46 miljard euro spaargeld en er zijn 30.000 geregistreerde ondernemingen. Er is meer. Volgens de Nationale Bank van België verlenen Belgische banken meer kredieten aan ondernemingen op de Nederlandse Antillen dan aan Duitse of Italiaanse ondernemingen.
Aan de rand van de EU is er onder meer Monaco waar enkele van onze topsportlui resideren. Daar wonen 30.000 mensen, er zijn wel 350.000 bankrekeningen.
Men spreekt steeds vaker over “propere belastingparadijzen”. Wat bedoelt men daar nu mee?
Sommige van die paradijzen doen een inspanning om “proper” te zijn of zeker te lijken. De Kanaaleilanden bij voorbeeld werken mee aan onderzoeken als het gaat om kapitalen uit wapensmokkel, mensenhandel, drugsmokkel en dergelijke.
Maar voor de rest is een van de grote problemen dat veel van die constructies die we aanklagen, volkomen legaal zijn. We zitten onder meer met het verschijnsel van de ‘dubbelbelastingverdragen’. Die verdragen hebben oorspronkelijk tot doel te voorkomen dat iemand op dezelfde activiteit in twee landen belasting betaalt. Maar nu worden ingewikkelde bedrijfsstructuren opgezet om van die bestaande verdragen zoveel mogelijk gebruik te maken om nauwelijks of geen belasting te betalen.
Het fenomeen is intussen toch zo mondiaal en diep ingeplant, dat men het zelfs binnen de EU alleen niet kan aanpakken? Gebeurt er dan internationaal zo weinig, ook al zegden vele staatslui na de aanslagen van 11 september 2001 dat men in de strijd tegen het internationaal terrorisme ook de financiële netwerken moest blootleggen en treffen?
Internationaal staan we nog zogoed als nergens. De druk wordt wel groter omdat steeds meer staten toch bewust worden van de nadelige gevolgen en van de groeiende omvang van het verschijnsel. De Amerikaanse Senaat publiceerde deze zomer een rapport waaruit blijkt dat de Amerikaanse overheid jaarlijks 100 miljard dollar misloopt door ontduiking en ontwijking via belastingparadijzen.
Maar in de Verenigde Staten zelf zijn er toch ook fiscale paradijzen?
We zien inderdaad dat bij voorbeeld de staat Delaware, een van de kleinste en in de buurt van Washington, enorme voordelen biedt. Er is ook Nevada waar Microsoft de rechten op Microsoftproducten in een dochtermaatschappij stopte omdat in die staat geen belastingen op royalty’s worden geheven.
(Uitpers, nr. 80, 8ste jg., november 2006)
De campagne rond de belastingparadijzen is een langlopend project. Meer en geactualiseerde informatie op www.fiscaalwonderland.be