Bichara Khader. L’Europe et la Palestine. Des Croisades à nos jours.
Parijs, L’Harmattan, Louvain-la-Neuve, Bruylant-Academia e.a., 1999, 574 blz.
Bichara Khader is niet de eerste de beste. Afkomstig van de westelijke Jordaanoever werd hij, evenals zijn broer Naim Khader, de latere vertegenwoordiger van de Palestijnse Bevrijdingsorganisatie (PLO), die in 1981 in Brussel zal worden vermoord, tijdens zijn studies in Leuven verrast door de zesdaagse oorlog van 1967. Hij kon niet meer terug naar huis wegens de Israëlische bezetting. Hij bleef noodgedwongen hier en werd professor in de inmiddels naar Louvain-la-Neuve verhuisde Franstalige katholieke universiteit. Hij heeft naast vele artikelen een reeks boeken op zijn naam staan over Europa en de Arabische wereld (La Belgique et le monde arabe, 1990, Le Grand Maghreb et l’Europe, 1992, L’Europe et le Monde Arabe: cousins, voisins, 1992, L’Europe et les Pays arabes du Golfe: partenaires distants, 1994, L’Europe et la Méditerranée: Géopolitique de la proximité, 1995 en Le partenariat euro-méditerrannéen après Barcelone, 1997). Hij is niet alleen een academicus. Zo zetelt hij in een van de bilaterale werkgroepen die werden opgericht op de Vredesconferentie voor het Midden Oosten in Madrid in 1991, werkgroepen die inmiddels al jaren stil liggen wegens het gebrek aan vooruitgang in het vredesproces. (Eerder dit jaar probeerde de Russische president Poetin het multilateraal luik van de vredesconferentie een nieuwe impuls te geven: tevergeefs, wegens het vastlopen van de gesprekken van Israël met Syrië en met de Palestijnen).
Ditmaal heeft Bichara Khader een ambitieus boek klaar over Europa en de Palestijnen. Logischerwijs vanaf de kruisvaarten die nooit uit de herinnering zijn geraakt, noch van de Europeanen noch van de Arabieren. Toen de eersten na de Eerste Wereldoorlog weer baas werden in Palestina waren de verwijzingen naar de kruisvaarders niet uit de lucht. De Arabieren beschuldigen de westerlingen er nog altijd van “nieuwe kruisvaarders” te zijn, die Palestina, de hele Arabische en zelfs de hele islamwereld in hun greep willen houden.
Het is een uiterst interessant boek dat als referentiewerk kan worden gebruikt vooral voor wat er in de 20ste eeuw allemaal is gebeurd in en rond Palestina. De hele geschiedenis van Palestina wordt er uitvoerig in behandeld en gedocumenteerd. Het zionisme en de beginnende joodse kolonisatie van Palestina worden er uitvoerig in behandeld tot en met alle details van het in Madrid begonnen vredesproces. Een even gedocumenteerd en omvangrijk deel is gewijd aan de relaties tussen de Europese Unie en de Palestijnen, vooral sedert 1973. Het is een onmisbaar werk voor elkeen die geïnteresseerd is in de Palestijnse kwestie.
Maar de titel is wel enigszins misleidend. Naast de algemene geschiedenis van het Midden Oosten en de rol van Britten en Fransen in die regio sedert de Eerste Wereldoorlog, is het vooral een geschiedenis van Palestina en de Europese Unie. Meer uitleg over de houding van de aparte Europese landen (buiten Engeland en Frankrijk), in de periode tussen de twee wereldoorlogen, en ook daarna, was wenselijk geweest. Zo vernemen we niet waarom in de Volkerenbond de Europese landen stemden voor het opnemen van de Balfour-verklaring, die tot doel had van Palestina een joodse staat te maken, in het Britse mandaat over Palestina.
Ook in de latere periode komen de aparte landen weinig of niet aan bod, terwijl er toch bijna overal voldoende litteratuur aanwezig is over de relaties tussen Israël en individuele landen. De auteur is in de eerste plaats economist en geen historicus. Zijn heuristiek blijft enigszins in gebreke. Zo is er onder zijn leiding in 1989 in Louvain-la-Neuve een licentiaatsverhandeling gemaakt over België en Palestina tijdens de Eerste Wereldoorlog. Het gaat hier om pogingen van Belgische politici het mandaat over Palestina te verkrijgen. Een interessant verhaal ware het niet dat het al in 1976 was gepubliceerd (Maria De Waele, Een verwaarloosd aspect van de Belgische buitenlandse politiek: de Belgische interesse voor de voogdij over Palestina (1914-1918), in: Belgische Tijdschrift voor Nieuwste Geschiedenis, VII, 1976, blz. 83-110). Dit werk wordt niet vernoemd in de samenvatting van de eindverhandeling die is gepubliceerd in Bichara Khaders werk over La Belgique et le monde arabe, ook al is het op dezelfde archieven gebaseerd (met uitzondering van het archief van het aartsbisdom Mechelen dat niet werd geconsulteerd door Maria De Waele). In de bibliografie ontbreken ook werken als O. De Raeymaker, België en de Israëlisch-Arabische conflicten 1948-1978, Leuven University Press, 1979, en Sylvain Brachfeld, Les Relations entre la Belgique et Israël, 1994.
Kortom, een beetje teveel Europese Unie en te weinig de verschillende standpunten en houdingen van de aparte Europese landen