Luc Van Krunkelsven, Brazilië-Europa in fragmenten?, 136 pp. met illustraties van kinderen uit Matinhos; in veelkleurendruk, Wervel-Brussel, 2010. 12 euro
Voor Luc Vankrunkelsven is Brazilië blijkbaar een onuitputtelijke bron van inspiratie. Net is zijn derde boek erover verschenen. Natuurlijk geen reisgids – hoewel… – maar opnieuw een geëngageerd boek dat stukjes van zijn ervaringen tijdens zijn lezingenreis bundelt. Uiteraard is de focus milieu, landbouw, kritische sociale beweging. Maar toch klinkt er meer mee omdat de stukjes vertrekken vanuit de brede realiteit.
Soja was tot hiertoe het centrale thema, maar steeds meer lijkt het thema uitdrukkelijk te verbreden naar het verzet tegen mono- : monocultuur in de landbouw en daarbuiten, monopolies of quasi-monopolies in de economie. En meteen rijst ook de vraag naar een ander economisch of zelfs maatschappelijk model of paradigma: met meer ruimte voor de basis (‘grassroots’) en meer verdeelde of gedeelde macht, minder afhankelijkheid van grote machten, zoals de agronecio’s, de grote TNO’s.
Een andere visie dus op: wie produceert? Hoe en waar? En: hoe wordt het verkocht? En nog: wat zijn de onderliggende doelstellingen? “Een kleinschaliger, volksverbonden economie”, noemt Vankrunkelsven het. Maar het vertrekpunt en eindpunt is landbouw, zoals die is ingebed in de (kapitalistische) economie en in het dagelijkse leven: hoe mensen eten, waar zij werken, hoe de politiek beslist en wie de macht heeft in de maatschappij. Vankrunkelsven kreeg van een Braziliaanse professor de rol toebedacht van de man die “twijfel zaait” en tekent ook als “luis in de pels”. Hij predikt trouwens niet de revolutie, met een frontale aanval, maar pleit voor de ontwikkeling van andere praktijken “nààst hun praktijken”, schrijft hij zelf, naast die van de grote bedrijven dus.
Het boek is dus zoals de vorige in aanzet narratief. Vankrunkelsven reist en ziet dingen gebeuren, of ontmoet mensen die hem raken. Die triggeren dan beschouwingen over wat ‘daarachter’ of ‘daaronder’ steekt. Een paar keer wordt het hem wel te machtig en deint een observatie uit tot een breedvoerige analyse van een fenomeen. Zo eindigt het boek niet toevallig met een taaie analyse van de recente geschiedenis van het veevoer en meteen de veeteelt. Vankrunkelsven voelt duidelijk mee met de zwakken, de slachtoffers, en daarom is het logisch dat de onderliggende toon er vaak een is van verontwaardiging, soms bijna wanhoop, zo lijkt het, zonder veel reserves: de ‘vijand’ komt duidelijk in het vizier. Af en toe signaleert hij wel ontwikkelingen die hoopvol stemmen.
Wat mag de lezer verwachten? Vankrunkelsven heeft het uiteraard over knelpunten door sojateelt en -monocultuur, die medeverantwoordelijk zijn voor landvlucht en verstedelijking, en over diverse alternatieven. Maar ook over de ‘aanbidding’ van ‘koning auto en keizer hesp’, zoals hij ze noemt, twee andere symbolen voor onze maatschappij. Daarbij horen alternatieven voor CO2-bossen, de afhankelijkheid die ggo’s creëren, het verzet tegen greenwashing (“de eco-vervuiling van het taalgebruik”) en ‘fascistische architectuur’. Belangrijk is ook de kwestie van de agrocombustiveis (agro-, niet biobrandstoffen) en de pogingen van Lula om Brazilië te promoten, als voedselschuur en energieproducent, niet toevallig een van de ‘opkomende economieën ’met Rusland, India en China, of samen de BRIC-landen. ,
Dat is één kant van het verhaal. Hij onderkent ook perspectieven: in hennep als eiwitvervanger en in de weldaden van oudere planten, in biodiversiteit, in ruilmarkten, in alternatieve sociale bewegingen waarin bijvoorbeeld hele gezinnen betrokken worden. Niet toevallig verwijst hij natuurlijk naar de rol die spiritualiteit moet spelen en de rol die de kerk speelt, ten goede en ten kwade — wanneer hij er opmerkt dat bijvoorbeeld Monsanto een kerkrestauratie sponsort.
De aanpak is dus grotendeels die van ‘human interest’-verhalen. Observaties evolueren tot analyses. ‘Fragmenten’ lijkt hem ook het woord voor onze wereldvisie: veel uitdagingen, evenveel fragmenten, met als gevaar dat we geen ‘integrale oplossing’ vinden. Of is elke integrale oplossing meteen totalitair ? Aan de lezer, zegt hij zelf, om dan de fragmenten te defragmenteren, zoals bij de computer. Een gedurfde optie op zich, maar te verdedigen. Wie helemaal zelf synthetiseert, loopt het gevaar te reduceren: alles komt samen in een grote synthese en dus verlies je details uit het oog, of wil je bepaalde details niet zien omdat ze niet passen in het plaatje. Bij analytici dreigt versplintering: zien mensen nog de kern? In een post-postmodern discours lijkt dit discours het best te passen: je krijgt “fragmenten van het leven”, zonder dat de auteur zich opwerpt als de visionair die alles doorheeft. Natuurlijk blijft er altijd de beperktheid: zowel links als rechts hebben hun blinde vlekken. Zoals ook in dit boek: Luc Vankrunkelsven is een selectieve kijker, en misschien ook een ‘guilty by-stander’, naar een titel van een boek van Thomas Merton. Maar in elk geval biedt Vankrunkelsven informatie en bewogenheid in losse stukken die hij tegen een bredere achtergrond situeert, volgens beproefd recept.
Het resultaat is lezenswaardig. Of het grote publiek zo’n boek zal lezen, blijft nog de vraag, al heeft dat vooral met de inhoud te maken: een problematiek is vaak niet goed te verkopen. De toon is trouwens bij momenten bijna pathetisch (‘Planetaire abortus’) en geregeld scherp, maar dat kan je in een kritisch boek uiteraard verwachten. De couleur locale door invoeging van Braziliaans-Portugese woorden voegt iets toe, maar soms mist de lezer eens een verklaring. Het was misschien beter geweest de voetnoten te reserveren voor verwijzingen en de oproepen zelf onder het hoofdstuk te zetten. Een kaartje was ook nuttig geweest, misschien zelfs een mini-inleiding bij de economische geografie van het land, al krijg je dat gewoonlijk per hoofdstuk wel mee, op een spontane manier.
Dus opnieuw een interessant boek, en vermoedelijk zal het vooral hen aanspreken die interesse hebben voor landbouw en milieu, en die al een stuk bewust zijn. Voor de anderen is het vermoedelijk wat specifiek, te gericht, al verlaagt het tekstgenre de drempel zeker.
(Uitpers nr. 121, 11de jg., juni 2010)
Voor het boek en de aankoop ervan zie:
info@wervel.be ; www.wervel.beVoor Nederland:
www.werelddelen.nlHet boek verschijnt gelijktijdig in Brazilië (Portugees).