Boeken van meer dan duizend pagina’s, men zou ze moeten verbieden, denk ik soms. Het is een hele opgave ze met volle concentratie tot het eind door te lezen, en ook al zijn er tweehonderd bladzijden met noten en dan nog een index van honderd bladzijden, het blijven 860 bladzijden te lezen.
Diagonaal lezen? Nee, in het geval van Frankopan’s ‘The Earth Transformed’ kan dat niet want het boek is chronologisch opgesteld en je begint bovenaan de bladzijde met een paragraaf over Centraal Azië en middenin diezelfde bladzijde gaat het over Afrika.
Kortom, een hele klus en het zou onbegonnen werk zijn de vierentwintig hoofdstukken te bespreken.
Na deze praktische en kritische noot moet gezegd dat dit wel een superinteressant boek is dat je een heel andere kijk geeft op de wereldgeschiedenis. We kennen de auteur van zijn geschiedenis rond de zijderoute, waarin je leert hoe onbenullig oninteressant Europa in vroegere tijden wel was.
In dit werk wordt de hele wereldgeschiedenis weer onder de loep genomen en gekoppeld aan periodes van klimaatverandering, van vulkaanuitbarstingen en aardbevingen, van warme en koude periodes met alle gevolgen van dien voor de landbouw en de voedselvoorziening, negatief én positief overigens.
Het verschil tussen vroeger en nu is dat we nu wetenschap hebben, dat we weten wat en waarom er iets fout gaat en hoe we dit als mensheid kunnen veranderen, althans voor de zaken die we zelf kunnen beïnvloeden. In het verleden was het vooral een strijd met de goden, een strijd om goed en kwaad met als hoogtepunt de geschiedenis van Adam en Eva, het ogenblik dat een eind kwam aan de harmonie en het paradijselijk bestaan zonder zonde die de toorn van de goden opriep.
Wat je leert in dit boek is dat de planeet voortdurend in verandering is, dat er 250 miljoen jaar geleden, na een reeks vulkaanuitbarstingen in Siberië, al een ‘Great Dying’ periode was en dat er een ‘Little Ice Age’ was in de 16de eeuw. Het is de periode van de heksenverbrandingen, van de plundering van Antwerpen in 1576 door gefrustreerde en hongerige Spaanse soldaten, van kannibalisme in Rusland… De auteur vermeldt ook dat minder dan een eeuw na de verovering van Amerika, de Spanjaarden zich afvroegen of het hele project wel moest voortgezet worden, zo duur was het, ondanks het goud en het zilver dat over de Oceaan kwam.
Een goede zestigduizend jaar geleden komt een komeet neer in Yucatán, het huidige Mexico, en verdwijnen de dinosaurussen.
Een kleine twintigduizend jaar geleden warmde de aarde op en ging zo’n derde van de landoppervlakte verloren. Tienduizend jaar later gingen de temperaturen weer naar beneden en woonden er mensen op de hele planeet.
Je leert ook dat er drieduizend jaar geleden al een grote bezorgdheid was over de overbevolking en dat de steden ontstonden uit noodzaak om een grotere groep mensen te kunnen bevoorraden.
Met het begin van de Industriële Revolutie in Engeland begint de grote ontbossing van het land. Voor het bouwen van één galjoen waren wel tweeduizend eiken nodig! Het was ook het begin van de overconsumptie van suiker, katoen en andere basisproducten.
Met de moderniteit begon het idee ingang te krijgen dat de mens de natuur moest domineren, haar bedwingen om in dienst te staan van de mensheid.
In de jaren ’70 van de twintigste eeuw schreef de CIA een rapport waarin over een mogelijke afkoeling van de planeet werd gesproken, met rampzalige gevolgen. Men dacht aan overbevolking, hongersnood en politieke instabiliteit en daarom werd overal waar mogelijk geïntervenieerd, weliswaar met precies het omgekeerde gevolg, zoals met de groene revolutie die in Indische deelstaten de communisten aan de macht bracht.
De relativiteit van de mensheid
De auteur had met dit boek drie doelstellingen: De eerste was om het klimaat een volwaardige plaats te geven in de geschiedschrijving, aangezien het als invloed op de gebeurtenissen grof werd onderschat. Nagenoeg alle feiten die we kennen uit de geschiedenis kunnen aan natuurfenomenen worden gekoppeld. Het tweede doel was om de interactie tussen mens en natuur op de voorgrond te brengen, duizenden jaren lang, met positieve en negatieve gevolgen. De derde doelstelling tenslotte was om de geschiedenis vanuit een bredere horizon te bekijken. Niet enkel het mondiale Noorden speelde een belangrijke rol, maar ook heel wat regio’s in het Zuiden werden schandelijk vergeten of verwaarloosd in het verleden.
In dat opzet is de auteur m.i. geslaagd, ook al zijn heel wat passages wat langdradig en geven ze minder duidelijk weer hoe het klimaat nu precies een rol speelde.
Geduldig legt de auteur uit dat de mensheid uiteindelijk slechts een bescheiden rol heeft gespeeld in de opeenvolgende klimaatveranderingen, maar waar die rol aanwezig was ging het telkens wel om de invoering van ‘beschaving’, van technologische vooruitgang die ook meestal ongewenste neveneffecten had.
Spreken over een ‘antropoceen’, zo legt Frankopan uit, gaat voor heel wat wetenschappers te ver. We leven weliswaar vandaag in een situatie waarin de rol van de mens overduidelijk is, maar toch wordt die rol nog steeds overschat. Té veel natuurfenomenen, inclusief zonnestormen, kunnen verwoestender zijn dan de mens. Wel zijn we, als mensheid, het slachtoffer aan het worden van ons succes.
Als besluit stelt Frankopan nog dat het wel de eerste keer is dat er een mondiaal coherent patroon van klimaatverandering optreedt. De fenomenen van vroeger waren telkens regionaal, ze gingen slechts heel zelden op een zelfde manier om de hele planeet.
Vandaag en ook vroeger bestond er twijfel over de leefbaarheid, op termijn, van de mensheid op deze planeet. Maar, zo stelt Frankopan, het is helemaal niet zeker dat die ondergang door de huidige klimaatverandering veroorzaakt kan worden. Het kan net zo goed een vulkaanuitbarsting of een zonnestorm worden, een kernoorlog of de uitputting van de landbouwgrond. En tegen de klimaatverandering van nu kan nog technologisch veel gebeuren. Geen ‘geo-engineering’, maar ‘klimaat-interventies’.
Dit boek is een sterke aanrader voor wie tijd en geduld heeft. Het is erg leerrijk en het moedigt je aan om een en ander sterk te relativeren en rekening te houden met de kwetsbaarheid van de mensheid.