De burgers wordt aangeraden geen hout meer te verbranden in hun open haarden en houtkachels omdat dit slecht is voor het milieu. Zeker in de steden, waar de zwakkere burger geregeld wordt aangeraden binnen te blijven als er weer eens teveel fijn stof in de lucht zit.
Eerste anomalie: ondanks de slechtere stedelijke milieuomstandigheden wil de Vlaamse bouwmeester, om een recreatief “groen milieu” te scheppen, dat de mensen het platteland zouden verlaten om in de steden opeengepakt op en door elkaar te gaan wonen in kleine flatjes. Tweede anomalie: ondanks al de goede raad gaat de Vlaamse regering gedurende tien jaar jaarlijks € 200 miljoen subsidies geven aan een bedrijf in Langerlo om daar houtafval te verbranden voor de opwekking van elektriciteit.
Het bedrijf in Langerlo wordt een “biomassacentrale” genoemd. Wat de indruk moet wekken dat het hier om een milieuvriendelijke installatie zou gaan, terwijl het in feite één grote houtkachel is. Daarom vindt een voormalig toezichthouder van de Creg (de Belgische energieregulator), Guido Camps, biomassacentrales een “slecht idee”. “Ze zijn duurder en vuiler voor het milieu dan zon en wind én kunnen nooit zonder subsidie”, liet hij in mei jl. door De Standaard optekenen.
Dat laatste is een heikel punt voor de gewone consument die voor een periode van – voorlopig? – tien jaar in totaal € 2 miljard zal moeten ophoesten. Industriële grootverbruikers van stroom blijven grotendeels buiten schot. Ze zijn ook vrijgesteld van de Turteltaks. Die dan weer een gevolg is van de antisociale maar royale subsidiëring van de zonnepanelen van rijke burgers en industriëlen door de voormalige Vlaamse socialistische minister van energie Freya Van de Bossche. Dezelfde “socialistische eminentie” (?) ligt aan de basis van de biomassacentrales.
De erfenis van Freya blijft doorwerken in de Turteltaks van de inmiddels Vlaamse ex- minister energie Annemie Turtelboom: de gewone burgers, die geen enkel voordeel halen uit de zonnepanelen, moeten voor de financiering ervan blijven opdraaien. Dat heeft haar zoveel kritiek opgeleverd dat ze de druk niet meer aankon en ontslag nam. Haar opvolger, en liberale partijgenoot, Bart Tommelein, gaat als goede liberaal door met de antisociale Turteltaks. Wel trok hij de idee van de biomassacentrales in twijfel. Wellicht uit vrees voor verdere groeiende woede van de consumenten die de prijzen van nutsvoorzieningen pijlsnel de hoogte zien ingaan.
Maffia
Er waren er twee biomassacentrales voorzien: een in Gent en een tweede in Langerlo. De eerste, die ook met honderden miljoenen € subsidies zou worden verwend, heeft Tommelein kunnen blokkeren. Daarbij werd hij geholpen door het feit dat er contacten waren van de firma Bee Power, die de centrale in Gent zou uitbaten, met een bedrijf in Namibië dat hout zou leveren, maar in opspraak kwam door zijn relaties met de Siciliaanse maffia. Wist Bee Power daar niets van af?
Langerlo heeft Tommelein uiteindelijk niet kunnen tegenhouden. Hier betreft het een firma uit Estland, die de huidige steenkolencentrale wil ombouwen tot biomassacentrale. Het houtafval zal komen uit de Baltische staten Estland, Letland en Litouwen. Dat is al heel wat dichter dan vanuit het in zuidelijke Afrika gelegen Namibië. Maar toch, Vlaanderen heeft al een “minister van ontbossing”, zoals de christen-democratische minister Joke Schauvliege nogal eens spottend wordt genoemd wegens haar ijver om bossen om te toveren tot bedrijfsterreinen. Daar moet wel genoeg houtafval te rapen zijn om een “biomassacentrale” op te laten draaien.
De hele kwestie legt weer eens de onkunde en blunders – als het dat is – bloot van de politieke leiders in Vlaanderen en België. Op nationaal vlak begingen de christen-democraten de stommiteit om bij de laatste regeringsvorming het eerste ministerschap op te geven in ruil voor een functie van commissaris in de Europese Commissie. CD&V-boegbeeld Kris Peeters moest genoegen nemen met een vice-eerste ministerschap. Misschien de moeite waard als zijn partijgenote Marianne Thyssen een zware portefeuille had gekregen in de Commissie. Nu is ze in feite commissaris van sociale dumping, ook al probeert ze, totnogtoe vergeefs, daar iets aan te doen. En dat terwijl CD&V zich in de huidige federale regering als een sociale partij probeert te profileren maar ondertussen moet toezien hoe alle Belgische sociale wetten met de voeten worden getreden door weinig scrupuleuze ondernemers die schaamteloos onder meer Oost-Europese werknemers uitbuiten.