Jean Ziegler, "Les nouveaux maîtres du monde et ceux qui leur résistent". Fayard, Parijs, 2002, 364 blz., 20 euro.
In New York, in een bescheiden kantoor, huist het NLC (National Labor Committee), dat met al even bescheiden middelen, maar met een onvoorstelbare efficiëntie, de loonpolitiek en de handelsstrategie van de grote Amerikaanse multinationale bedrijven nauwlettend in de gaten houdt. Charles Kernaghan is de bezieler achter deze niet-gouvernementele organisatie. Het onderzoek van de NLC naar de handel en wandel van de Amerikaanse multinationals is via het internet beschikbaar: www. nlicnet.org.
Volgens Charles Kernaghan zijn de fabelachtige fortuinen die de grote zetbazen van deze bedrijven verdienen "blood money". En hij geeft volgend voorbeeld. De multinationale onderneming Walt Disney laat haar pyjama’s en andere kinderkledij, versierd met de wereldberoemde muis, vervaardigen in zogenaamde sweat-shops (zweetateliers) in Haïti. Michael Eisner is algemeen directeur van de maatschappij en hij geniet van een astronomisch jaarinkomen. Kernaghan rekent voor: Eisner verdient 2.783 dollar per uur. Een Haïtiaanse arbeidster, die voor Disney pyjama’s aan elkaar stikt, verdient 28 dollarcent per uur. Om aan hetzelfde uurloon van Michael Eisner te komen moet de arbeidster in Port-au-Prince aan één stuk door 16,8 jaar werken. In zijn jongste boek somt de Zwitserse socioloog, Jean Ziegler, tientallen van deze perverse feiten op.
Na de Zwitserse bankiers en de internationale georganiseerde misdaad (1), wijdt Ziegler nu een essay aan "les nouveaux maîtres du monde et ceux qui leur résistent" (de nieuwe meesters van de wereld en zij die zich tegen hen verzetten). Ziegler, die vandaag bijzonder verslaggever van de Verenigde Naties is voor "het recht op voedsel", noemt de leiders van de geglobaliseerde economie (captains of industry, directeuren en topmanagers van de grote multinationale bedrijven) "les prédateurs" (de roofdieren) en de grote internationale financiële en handelsinstellingen, zoals de Wereldbank, het Internationaal Monetair Fonds (IMF) en de Wereldhandelsorganisatie (WTO), "les mercenaires" (de huurlingen).
Het betoog van Jean Ziegler is dat van de vele miljoenen tegenstanders van de uiterst agressieve en ultraliberale mondialisering of globalisering van de economie. De "prédateurs" (de roofdieren) zijn volgens Ziegler "de uiterst kleine oligarchieën, die het gemondialiseerde, speculatieve kapitaal controleren."
1000 miljard dollar per dag
Voor de auteur zijn dit "de erfgenamen van de traditionele blanke heersende klasse, die al vijfhonderd jaar de economie bestieren. Meer dan 90% van de dagelijkse kapitaalstroom van 1000 miljard dollar gaat door hun handen. Het gaat om multinationale bedrijven zoals Microsoft, de Union des Banques suisses, de Société générale of General Food. 200 van deze bedrijven controleren vandaag om en bij de 28% van de rijkdom en productie in de wereld."
Deze bedrijven hebben hun hoofdkwartieren in de driehoek Tokio, New York, Stockholm en oefenen hun macht meer en meer uit via de internationale huurlingen van mondiale instellingen als de Wereldbank, het IMF of de WTO. Ziegler noemt dit proces de "consensus van Washington". Het is een geheel van informele akkoorden, die in de jaren ’80 en ’90 zijn afgesloten tussen de belangrijkste multinationals, de banken van Wall Street, de Amerikaanse federale bank en de internationale financiële instellingen (Wereldbank en IMF).
"Stateless global governance"
Via deze akkoorden moeten zo snel mogelijk alle regelgevende instanties worden opgedoekt, in de eerste plaats de nationale staten en belangrijke internationale instellingen, als de Verenigde Naties. Alle markten moeten totaal en razend snel worden geliberaliseerd en er moet een "stateless global governance" komen, een eengemaakte wereldmarkt, die zichzelf en de wereld "reguleert".
In zijn essay toont Jean Ziegler met talloze voorbeelden aan dat deze statenloze globale regulering de ongelijkheid in de wereld – de kloof tussen armen en rijken – op uiterst brutale en cynische wijze verdiept. De feiten zijn gruwelijk – ook al worden ze in de geglobaliseerde media systematisch gebanaliseerd: 826 miljoen mensen – 95% van hen leeft in de ontwikkelingslanden – zijn chronisch en zeer ernstig ondervoed. Om de zeven seconden sterft er een kind onder de tien jaar van honger. Elke dag komen 100.000 mensen om van honger. Jean Ziegler is hierover zeer verontwaardigd: "wie vandaag van honger sterft, wordt eigenlijk vermoord". "Op enkele minuten tijd kunnen de "nieuwe meesters van de wereld" beslissen waar zij hun kapitaal plaatsen om maximale winsten te boeken. Zij beslissen met andere woorden elke dag over leven of dood voor honderdduizenden mensen. Honger is bovendien geen fataliteit. Volgens het Wereldvoedselprogramma van de VN kan de landbouw 12,5 miljard mensen voeden."
Arrogantie
De globalisering, zo toont Ziegler aan, heeft regeringen, parlementen en overheidsinstellingen van hun regelgevende macht beroofd. De regeringen voeren uit wat het internationaal financierskapitaal dicteert op het vlak van de fiscaliteit, de sociale zekerheid en de loonpolitiek. De beurzen treffen onmiddellijk sancties als het beleid een andere richting zou uitgaan. En die beurzen zijn enorme goktenten, waar op louter speculatieve wijze naar de grootst mogelijke winst wordt gestreefd.
De rijke landen beheersen volkomen de internationale instellingen zoals het IMF, de Wereldbank of de WTO. En ze doen dat met een nooit geziene arrogantie. Ziegler herinnert eraan dat het IMF wordt geleid volgens het principe "één dollar, één stem". De lidstaten hebben een proportionele stem naargelang hun binnenlands bruto product. De Verenigde Staten bijvoorbeeld beschikken binnen het IMF over 17% van de stemmen. De WTO zou democratischer moeten functioneren en dus wilde men binnen de algemene raad van deze instelling het consensusprincipe laten spelen. De 146 lidstaten beslissen via consensus. Maar de WTO wordt volledig gedomineerd, gemanipuleerd en aan dictaten onderworpen door de Europese Unie, Japan en de Verenigde Staten. Landen als pakweg India, Bangladesh of Niger hebben binnen de WTO nauwelijks een stem in het kapittel.
Fundamentele waarden op de helling
De "roofdieren" en "huurlingen" zetten volgens Jean Ziegler de fundamentele waarden van onze maatschappij op de helling. Hun vraat- en winstzucht tast de verworvenheden van de Verlichting aan: "Een humane maatschappij die door de rede wordt gestuurd en niet door maximale winst in een minimum van tijd; het solidariteitsbeginsel, gelijkheid en complementariteit tussen de individuen, het sociaal contract, de regelgevende functie van de staat, de soevereiniteit van de staat en van het volk. Dat alles moet wijken voor het neoliberale junglekapitalisme en voor de zelfregelende markt"
Een essay van een onverbeterlijke zwartkijker of doemdenker? Absoluut niet. Ziegler citeert de oude Karl Marx, die ooit zei dat "een revolutionair in staat moet zijn het gras te horen groeien". En voor Ziegler groeit het gras. Er bestaat "een planetaire nieuwe civiele maatschappij van niet-gouvernementele organisaties, vakbonden, arbeiders- en boerenorganisaties." Hij haalt het voorbeeld aan van de internationale boerenconfederatie Via Campesina en herinnert eraan dat 75% van de 1,2 miljard armste mensen van deze planeet boeren zijn. Hij noemt deze geglobaliseerde verzetsbewegingen "een mysterieuze broederschap van de nacht". "Les nouveaux maîtres du monde et ceux qui leur résistent" is een boek dat niet in de bibliotheek mag ontbreken van al wie zich zorgen maakt over de grenzeloze liberalisering van onze wereld.
Wim de Neuter
(1) Jean Ziegler, "La Suisse lave plus blanc" (1990); "La Suisse, l’or et les morts" (1997); "Les Seigneurs du crime" (1999)