Het Amerikaanse oorlogskamp beperkt zich in de oorlog niet tot propaganda, het wakkert ook een heksenjacht aan tegen elke dissidentie in eigen land. De regel dat wie niet met ons is, tegen ons is en dus een bondgenoot van het terrorisme, geldt ook voor Amerikanen. De Amerikaanse en Britse regering kunnen daarbij rekenen op zeer meegaande media."
Sterker zelfs, een zender als Fox News neemt het voortouw in een hysterische "patriottische" haatcampagne tegen al wie het niet eens is met de radicaal-rechtse machthebbers.
Leden van een groep families van militairen die zich tegen de oorlog verzetten, worden door "patriotten" bedreigd en sommige gebroodroofd. Wall Street en Nasdaq weren de Arabische zender Al Jazeera als wraak voor de oorlogsberichtgeving op die zender. De muziekzender MTV weert alle clips die het Witte Huis ongelegen komen, zoals de nieuwe "vredesvideo" van Madonna. De Dixie Chicks, een Texaanse meidengroep van countrymuziek die zeer populair is in de VS, worden door nagenoeg alle Amerikaanse radiostations geboycot omdat ze zegden zich te schamen dat Bush uit Texas komt.
« Nog nooit hebben we een dergelijke onbeschaamde, om niet te zeggen schandalige, medeplichtigheid gehad tussen de tv-journaals en de stormloop naar de oorlog van deze regering », schreef Edward Said in de jongste Monde Diplomatique (maart 2003). Deze hoogleraar aan Columbia University stelt vast hoe het Amerikaanse publiek vooral via tv gehersenspoeld wordt. Hoe de tv-antennes worden ingenomen door gewezen militairen en andere zogenaamde experts van het Midden Oosten die vaak de regio nog nooit bezocht hebben en zeker geen enkele taal uit die regio spreken. Maar onveranderd beklemtonen ze de noodzaak Irak te bevrijden om de Amerikanen te behoeden voor nieuwe terreuraanslagen.
De Wall Street Journal, de Los Angeles Times, de New York Times en andere "kwaliteitsbladen" publiceren regelmatig de haatartikels van de professionele islamofoob Daniel Pipes, die pleit voor ongenadige repressie tegen alle anti-patriottische Amerikanen, de moslims voorop."We mogen ons zeker nu niets aantrekken van de gemoedstoestand van de mensen. Op zijn site ‘Campus Watch’ geeft hij lijsten van oorlogstegenstanders met daarbij de vermelding dat zij antisemieten zijn.
De regering jaagt de mensen voortdurend angst aan met waarschuwingen over nakende terreuraanslagen, de alarmfasen volgen elkaar op. Iedere burger wordt aangemaand goed uit te kijken voor verdachte buren, collega’s, pakjes… Angst aanjagen maakt deel uit van het arsenaal waarmee de publieke opinie in de VS wordt geconditioneerd – gelukkig biedt een belangrijk deel van de Amerikanen weerstand aan deze aantasting van de hersenen.
De patriottische heksenjacht roept in veel opzichten herinneringen op aan de jaren van senator Joseph McCarthy. Die riep bij het begin van de Koude Oorlog dat de communistische vijand binnendrong in de Amerikaanse samenleving om ze van binnenuit te ondermijnen, onder meer door hoge posten in te nemen. Er werd een grootscheepse heksenjacht ontketend, in de periode 1947 tot 1957 werden in de VS 4.765.705 mensen ondervraagd over hun vermeende banden met het communisme. Mensen werden tot zelfmoord gedreven, tot gevangenisstraf veroordeeld en vooral gebroodroofd. Al wie kritiek durfde uitbrengen op de American way of life en het Amerikaans buitenlands beleid, maakte zichzelf verdacht. Want dat waren duidelijk geen goede patriotten.
Diezelfde sfeer steekt onder Bush weer de kop op. Vooral na de aanslagen van 11 september heerste en klimaat waarin Bush’ uitspraak dat wie niet met ons is, tegen ons is, ook in de VS zelf wordt gebruikt. De grote meerderheid van de Amerikaanse media volgt wat in het eerste nummer van Uitpers stond, de media zijn volgzaam en bloeddorstig. Zij laten zich gewillig gebruiken voor een campagne van desinformatie waarin zeker geen plaats is voor ‘geschiedenis’. Geen verwijzingen naar de Amerikaanse steun die Saddam Hoessein jarenlang genoot. Said onderstreept trouwens hoe radicaal rechts neerkijkt op al wat geschiedenis is, tenzij stukken bijgewerkte geschiedenis ter meerdere eer en glorie van God’s own country waarop de huidige regeerders hun strategie baseren – God is inderdaad alom aanwezig in de projecten van de oorlogsstokers. Nochtans zijn de specialisten terzake, namelijk de kerkleiders, tegen hun oorlogsstrategie gekant. Maar het Witte Huis kent Gods plannen beter dan die kerkleiders.
De strategie van de oorlog is simpel: de planetaire dominantie. En die is niet uitgewerkt na 11 september 2001, want ze staat al duidelijk te lezen in platforms van 1997 en 2000 op de website www.newamericancentury.org.
Patriotic Act
De VS hebben intussen een wettelijk kader om on-Amerikaanse activiteiten aan banden te leggen. In de nasleep van 11 september keurden Senaat en Huis van afgevaardigden de USA Patriotic Act goed waarbij FBI en andere ordehandhavers uitgebreidere bevoegdheden krijgen. Oudgedienden van geheime operaties, zoals John Poindexter van het Iran-Contra schandaal, kregen de bevoegdheid het reilen en zeilen van alle burgers in de gaten te houden. (Poindexter is veroordeeld voor samenzwering in het schandaal waarbij de VS illegaal wapens leverden aan Iran om er de Contras in Nicaragua mee te financieren).
De "patriotten" willen nu een Patriotic Act II. Die zou moeten toestaan om een persoon gemakkelijker de Amerikaanse nationaliteit te kunnen ontnemen en uit te wijzen. Dat zou kunnen gebeuren door een rechter die oordeelt dat die persoon door zijn gedrag te kennen heeft gegeven niet langer Amerikaan te willen of kunnen zijn. Ze streven er tevens naar beperkingen bij het bespioneren van eigen burgers op te heffen. Personen opgepakt in het kader van terreurbestrijding zullen geen enkele aanspraak meer kunnen maken op de Freedom of Information Act die burgers toegang verschaft tot officiële documenten.
Ondanks de enorme draagwijdte van deze Patriotic Act II bewaart het grootste deel van de Amerikaanse media daarover het stilzwijgen. Nochtans doet de behandeling van de bijna duizend gevangen op de legerbasis van Guantanamo het ergste vrezen. Het is natuurlijk allemaal niet zo interessant als Monica Lewinsky.
Murdoch-Blair
In het Verenigd Koninkrijk gaat de heksenjacht natuurlijk niet zo ver als in de VS. Maar ook daar is sprake van grove censuur en pro-Amerikaanse hysterie.
De BBC-televisiezenders hebben ineens alles van overheidszenders die bijzonder weinig ruimte laten voor critici van de oorlog. De BBC-radio speelt tijdens de oorlog alleen "luchtige, melodische" songs die de luisteraars moeten doen vergeten dat de Britten oorlog voeren .
Maar premier Tony Blair kan vooral rekenen op de kranten van vriend Rupert Murdoch, de radicaal rechtse krantenmagnaat die The Times en enkele grote tabloids bezit en die gebruikt voor een haatcampagne tegen alle oorlogstegenstanders. Wat in Th Sun en compagnie verschijnt, zou in veel landen verboden worden als aansporing tot haat en geweld. Blair en Murdoch zitten al langer op dezelfde lijn, de premier heeft ook in de verkiezingen op Murdoch kunnen rekenen, die dan op zijn beurt voor zijn zakelijke belangen op Blair kon rekenen.
(Uitpers, nr. 41, 4de jg., april 2003)