De aangekondigde terugkeer van de Catalaanse onafhankelijkheidsleider Carles Puigdemont naar Catalonië na zeven jaar ballingschap in België kan post factum bijna niet anders gelezen en beschreven worden als een klucht. Een pirouette aan de Arc de Triomf in Barcelona en foetsie, schreef een journalist van El País. In het medialandschap klonken vandaag weinig milde stemmen en des te meer spot. De korte verschijning, nieuwe vlucht en vruchteloze klopjacht van en op Puigdemont waren van zo een grotesk en potsierlijk kaliber dat ze uitnodigen tot ironie. Maar dat de bakkerszoon uit Girona een echte lefgozer is, kan wel gesteld worden. Want om als politiek target number one de Spaanse politiek, justitie en politie op die manier uit te dagen en te jennen, moet je verdraaid veel guts hebben. Ook daarom, en niet zonder enig leedvermaak, zet ik de stunt van Puigdemont nog eens op een rijtje.
Puigdemont stipte als een ervaren strateeg voor zijn terugkeer een symbolische dag aan en kondigde enkele dagen geleden via sociale media aan dat hij als verkozen parlementslid aanwezig wilde zijn op de vertrouwenstemming en benoeming van de nieuwe minister-president van Catalonië, de socialist Salvador Illa. Zijn partij won in mei overtuigend de regionale verkiezingen en is al enkele jaren koploper in de electorale rat race. Maar om de scepter op te nemen moest Illa partners vinden, liefst uit links-progressieve hoek. Een onnatuurlijk verbond met de Catalaanse links-republikeinen (ERC), een verwoede onafhankelijkheidspartij die het licht zag in 1931, werd daarbij een conditio qua non. In ruil voor een zeer genereus bevoegdheidspakket met een quasi fiscale onafhankelijkheid voor Catalonië, trok Illa de republikeinen over de streep. De partij van Puigdemont, het rechts-liberale Junts, stond de razernij nabij. Immers, de toegeving van ERC betekende de finale doodsteek van el procés, de naam die de onafhankelijkheidsbeweging gaf aan de lange etappe naar de vorming van een eigen Catalaanse staat. Genepen tussen overtuiging en realiteitszin, koos ERC de laatste jaren steeds meer voor de pragmatische weg, maar een Spaansgezinde socialist in een Catalaans zadel helpen betekende een definitieve breuk in een front dat in het heetst van de strijd miljoenen Catalanen had kunnen mobiliseren voor een illegaal verklaard referendum. De partij begreep echter dat de laatste jaren het vuur in de onafhankelijkheidsbeweging gesmeuld was, dat er een sociaal verlangen was naar rust en herstel, en dat het nu de beurt was aan de Catalanen die bij Spanje willen blijven. Niet hun hart maar hun rede maakte hen nuchter. Daarom waren ze bereid deze point of no return in de onafhankelijkheidssage te bezegelen met realiteitszin en Illa 20 ja-stemmen te gunnen. Wilde Junts daar gisteren een hoogst eigenzinnige maar ook wanhopige return tegenoverstellen? Vermoedelijk wel. En zo werd de innemende en intrigerende, en tegelijk droeve en rabiate Puigdemont lokaas voor de wereldpers, politie en justitie.
De kroniek van de aangekondigde verschijning begon veelbelovend. Van zodra Puigdemont bekend maakte dat hij de investituur van Illa kost wat kost zou bijwonen, dopten journalisten hun pen ijverig in de inktpot, werden micro’s afgesteld, cameralenzen gepoetst en herinneringen aan vroegere bannelingen en hun terugkeer opgehaald. Er werd gepalaverd, gedebatteerd en gespeculeerd. De scenario’s vlogen in het rond. Hij komt vast met de wagen langs een sluippad over de Pyreneeën, hij leeft al dagen ondergedoken in een zolderkamer in Barcelona, hij zal triomfantelijk zoals zijn voorganger Josep Tarradellas in 1977 het vliegtuig uitstappen, hij komt helemaal niet. Veel voer voor de smulpapen, en tegelijk een totale incognito. Wat wij werkelijk wisten was dat Puigdemont een tweet de wereld in had gestuurd, en dat rechter Llarena een aanhoudingsbevel had uitgeschreven. Want dit kon en moest voor de achtervolger number one, in zijn noeste en gefrustreerde pogingen om de voortvluchtige te strikken, zijn momentum worden. De ontknoping van zeven jaar vlucht en evenveel jaren achtervolging was nabij. Puigdemont stond op het punt in de val van zijn eigen overmoed te lopen. Hij leek wel een prooi die zich vrijwillig naar de muil van het roofdier ging begeven. Llarena likkebaarde en ging er de avond voor de beer geschoten ging worden in Puigcerdà, aan de Frans-Spaanse grens, een goed glas op heffen.
Gisterenochtend, even voor negen, liet de voormalige onafhankelijkheidsaanvoerder de daad bij het woord aansluiten. Geëscorteerd door enkele partijgenoten liep Puigdemont in Barcelona gejaagd het podium op dat zijn aanhangers voor hem aan de symbolische Arc de Triomf hadden gemonteerd. Daar stond hij dan ineens, solo en imposant in de stralenbundel van het ochtendlicht onder de triomfboog. En hij sprak de enkele duizenden mensen die de opkomende zon in hun ruggen voelde priemen en misschien niet helemaal konden geloven dat hun martelaar daar in bloed en vlees aanwezig was, energiek toe: ‘Al zeven jaar worden wij vervolgd voor het laten horen van onze stem (…) Catalaan zijn is vandaag een reden om verdacht te zijn. Maar hier zijn we, hier zijn we!’ Die laatste woorden, Encara som aquí, encara som aqui!, zochten het effect van vlijmscherpe vlammen. Ze waren een onbetwistbare allusie op de woorden van de onder Franco verbannen republikein Josep Tarradellas die op 23 oktober 1977 na 38 jaar ballingschap bij zijn terugkeer het Catalaanse volk groette met de emblematische woorden Ja sóc aquí!, hier ben ik terug. Maar Puigdemont is Tarradellas niet, noch verliep zijn verschijning in een vergelijkbare historische setting. De resonantie van Puigdemonts kreet verdween in de langgerekte schaduw van de Arc, en kort daarna verdween hij zelf ook.
Dit kleine moment de gloire was voor zijn partijgenoten, die hem hadden bijgestaan en zich daarna naar het vlakbij gelegen Catalaanse parlement in de Parc de Cuitadella spoedden om nee te stemmen tegen Illa, voldoende om zich helemaal groot te maken. Als uit hun voegen gebarsten, liepen ze in vaste slow-motion tred, met opgeheven hoofd, uitgestoken borst, strakke armbewegingen en gebalde blik. Ze liepen als een gang langs een hekken vol cameraploegen, fotografen en opgewonden journalisten het gebouw binnen. Ze waren zelfvoldaan en arrogant en stonden stijf van adrenaline. De Catalaanse politiemacht Mossos d’Esquadra opende op dat moment de klopjacht op de ontsnapte leider, die in een witte auto gestapt zou zijn, zo meldden de berichten. Met operatie Gàbia (kooi) begon het tweede bedrijf van de klucht. Barcelona werd hermetisch afgesloten en wagens werden één per één gecontroleerd. Het leverde beelden van ellenlange files en verkeerschaos. Een witte auto vinden met Puigdemont erin in een stad als Barcelona, wie haalt het in zijn hoofd? En opnieuw werd gespeculeerd. Ze hebben hem laten ontsnappen, hij kreeg hulp van de Mossos, in Madrid wilden ze geen mediagenieke arrestatie, hij zit ergens in het parlement verborgen om straks tijdens de zitting op te dagen, hij zit alweer ondergedoken in zijn zolder. Enkele uren later, terwijl in het Catalaanse parlement de politici hun investituursdebat naar de letter uitvoerden en de naam Puigdemont niet één keer viel, werd de klopjacht gestaakt en werden de patrouilles naar de grens met Frankrijk gestuurd. Om twee uur was het schafttijd en begaven de parlementairen zich naar de cafetería.
Waar was Puigdemont? Iedereen was in de ban van dit Where is Wally? tafereel, maar er gebeurde niets meer, slechts enkele trillingen. Met geleste dorst en van hun honger bevrijd namen de politici weer plaats op hun zetels in het halfrond. Een partijgenoot van Puigdemont stak zijn vinger op en kreeg het woord. Er waren bevestigde geruchten, zei hij, over een arrestatiebevel van hun partijleider wegens medeplichtigheid aan Puigdemonts ontsnapping. Dan moeten we de investituur van Illa tot nader order uitstellen, meende de parlementsvoorzitter. Sommigen begaven zich opnieuw naar de cafetería, je zag aan hun verbeten gezichten en lichaamstaal dat de dag lang begon te worden. De livestream werd onderbroken met reclameblokken. Analisten bleven vlijtig op zoek gaan naar antwoorden, maar gingen in rondjes draaien. Ook bij hen zag je de vermoeidheid toenemen. Inmiddels werd de Frans-Spaanse grens dichtgesnoerd.
De ontknoping kwam er dan toch. Toen de parlementsvoorzitter het woord wilde nemen, werd hij opnieuw onderbroken door dezelfde man die de sessie plat had gelegd. Met ingetrokken staart werd toegegeven dat het nieuws over hun partijleider onjuist was. Tenzij Puigdemont nu in hoogst eigen persoon nog als een duivel uit een doosje in het parlement zou opduiken, was het duidelijk dat alle fantasie om de investituur van Illa verder te dwarsbomen opgebrand was. Het doosje jokers was leeg. De borstkassen van de scenaristen die eerder op de dag zo gezwollen hadden gestaan, vielen in. Hun blinkende blikken werden dof. Onder de andere politici werd steeds meer gegeeuwd en naar de smartphone gekeken. Kort voor zeven uur, 10 uur na Puigdemonts zijn lumineuze flitsverschijning, met de zon al diep in het westen en wegzakkend achter de Arc de Triomf, zeiden 67 parlementsleden nee en 68 ja. Na de stemming en benoeming van Illa stonden ze allen recht en zongen ze samen uit volle borst de hymne van Catalonië. Un cop de falç! Un cop de falç! Endarrera aquesta gent tan ufana i tan soberba! Een slag met de sikkel, en nog een slag met de sikkel! Achteruit hoogmoedige mensen! Onder het gezamenlijke gezang zag het lege zitje van Puigdemont er nog leger uit. Maar niemand sloeg er acht op. Hij was eens komen piepen, meer niet. Een schim achter de coulissen. Twaalf uur later eindigde alles zoals het begon, met een online bericht. Puigdemont is terug in Waterloo. De banneling is terug thuis.