Jan Blommaert, De heruitvinding van de samenleving, uitg. EPO, Berchem-Antwerpen, 2011, 160 blz., € 15.
‘De linkse kerk’, het is zo’n begrip waar we wel eens mee rond de oren worden geslagen. Als de linkse kerk ter sprake komt, gaat het over de teloorgang van de samenleving, de zogenaamd mislukte interculturele samenleving, het verlies aan waarden. En auteur Jan Blommaert ergert zich enorm aan die term en de fouten/mislukkingen die nogal denigrerend aan links worden toegeschreven. Vooral omdat links totaal niet verantwoordelijk is voor wat haar met enig dédain wordt in de schoenen geschoven.
Voor Jan Blommaert is de samenleving zeer sterk naar rechts geëvolueerd. Zodat zelfs wat centrum-rechts is, vandaag als links wordt omschreven. En ook het begrip ‘kerk’ klopt niet, iets wat we uit eigen ervaring enkel maar kunnen beamen. Want links is lang niet zo monolithisch als een term als ‘linkse kerk‘ doet vermoeden. Binnen links wordt er duchtig gediscussieerd. Als het gaat om uniform denkende groepen, zijn er veel meer rechts georiënteerde denkgroepen die onze pers bevoorraden met alle soorten standpunten, en waarvan de legitimiteit en geloofwaardigheid – zeker als ze beweren onafhankelijk te zijn – wel degelijk mag betwijfeld worden.
Blommaert doet een poging ‘links’ te definiëren. Links is voor zijn gedachtengoed schatplichtig aan de ideeën van de Verlichting. Links komt op voor democratie, werkt op basis van analyse, is op z’n minst kritisch tegen het kapitalisme, komt op voor vrijheden en bestrijdt alle vormen van uitbuiting. Blommaert waarschuwt voor ballast, waarmee links ten onrechte wordt opgezadeld. Blommaert wil zich niet solidair voelen met welke dictator dan ook, noch zoekt hij verschoningsgronden voor misdaden tegen de menselijkheid, onder welk mom die ook gepleegd mogen zijn.
Na deze, zeer interessante, poging tot definiëring, pakt hij het Belgische migrantendebat als voorbeeld om aan te tonen hoe links ten onrechte mislukkingen in de schoenen wordt geschoven. En zijn analyse snijdt hout. Grofweg komt ze erop neer dat links, dat bij aanvang over migratie en migranten een sociaal-economisch discours voerde, zich heeft laten duwen in een debat over cultuur. De focus kwam meer en meer te liggen op de migrant die plichten (integratie) had t.a.v. de samenleving, dan de samenleving t.a.v. de migrant (gelijke rechten). Blommaert is af en toe wat scherp in het nemen van zijn bochten. Om maar enkele twistpunten te noemen: de discussie die ter linkerzijde gevoerd werd over het oorbare van een vonnis dat een politieke partij omwille van zijn afschuwelijke standpunten veroordeelt, hoeft niet rechts van inslag te zijn. Discussie over zaken als hoofddoek, positie van de vrouw mag best aanvullen op een discours dat gelijke sociaal-economische en politieke rechten naar voren schuift als primordiaal in het debat over de interculturele samenleving. Wel gaan we volmondig met Blommaert akkoord als hij beweert dat het zogenaamd mislukken van de interculturele samenleving feitelijk de schuld van rechts is, dat het altijd moeilijk heeft met het aanvaarden van gelijke rechten voor elk lid van de samenleving.
Tijd dus voor een revanche van links, niet alleen om defensief alle beschuldigingen die in zijn richting vliegen af te weren, maar ook om weer te wegen op het politieke debat. Want vandaag staat alles waar links voor staat onder druk: sociale en democratische verworvenheden worden door dictaat van allerlei onnoembare en niet democratisch gelegitimeerde organismen teruggeschroefd. Vandaag nog las ik, t.g.v. de algemene staking, een mooi beeld van Marc Reynebeau. Zijn we niet te vergelijken met een kikker, die in water vertoeft dat langzaam tot koken wordt gebracht. Beetje bij beetje worden ons verworvenheden afgepakt: een jaartje langer werken, wat sneller inleveren op werkloosheidsvergoeding, een indexsprongetje overslaan… Allemaal kleine zaken die best voor het gros der mensen draaglijk is, en die we geconfronteerd met de alsmaar herhaalde mantra’s van een land in crisis bereid zijn te aanvaarden. Tot er niks meer rest, tot we terug zijn op het punt waar de arbeidersbeweging ooit begon om de scherpe kanten van het kapitalistische systeem af te vijlen.
Ook Blommaert pleit voor een linkse hergroepering, en herdefiniëring over de waarden en doelstellingen die ons verbinden om de spiraal van afbraak te stoppen en weer met overtuiging te vechten waarvoor we als links altijd geloofden: een democratische samenleving, waar rijkdom beter verdeeld is en sukkelaars niet uit de boot vallen. We moeten tezelfdertijd de waarden die van ons zijn, heroveren op rechts. Zo is Wilders geen democraat en is afbouw van sociale voorzieningen niet als een betere definiëring van solidariteit te verpakken. Alweer zijn er detailkritieken mogelijk op het verhaal van Blommaert, maar fundamenteel is wat hij vertelt correct.
Kortom, ‘de heruitvinding van de samenleving’ is een dun boekje. Maar wat er instaat is vaste kost, en inspirerend in een tijd dat links in de hoek waar de klappen vallen staat. Ten onrechte, zoals Blommaert met grote stelligheid beweert. Want als deze samenleving krom draait, is het vooral omdat ze te weinig links is.
(Uitpers nr. 141, 13de jg., april 2012)
Deze recensie verscheen eerder in Aktief 1-2012, het ledenblad van het Masereelfonds