Dag na dag wordt steeds meer duidelijk dat – zoals het ABVV al maanden aangeeft – het sociaal en economisch beleid van de regering-Michel een mislukking is. De officiële rapporten van universiteiten en overheidsinstellingen op nationaal, Europees en internationaal niveau stapelen zich op en doen het ‘Zweedse rookgordijn’ wegebben. Een rookgordijn dat de regeringspartijen tevergeefs hebben proberen in stand te houden.
Enkele dagen geleden maakte de UCL [Université catholique de Louvain] de analyse van de factoren die hebben bijgedragen aan de jobcreatie in België onder deze regering. Bij het lezen van dit rapport, stellen we vast dat slechts 30.000 nieuwe banen kunnen toegeschreven worden aan het asociaal en onrechtvaardige beleid gevoerd door de regering-Michel. Meer fundamenteel onthouden we dat, net als wat het ABVV al jaren stelt, de UCL-studie aantoont dat het beleid van loonmatiging ondoeltreffend is en weinig impact heeft op de jobcreatie.
Vandaag onderstreept het OESO-rapport – dat de indicatoren van productiviteit en groei in de OESO-landen vergelijkt – dat het reële loon van de Belgische werknemers is afgenomen onder de regering-Michel. Net zoals wij reeds aangaven, bevestigt dit verslag dus dat de koopkracht van de Belgische werknemers is verminderd. Dankzij alle officiële rapporten van de IAO, van de Europese Commissie en nu ook van de OESO, kan het rookgordijn wegtrekken, dat hing rond de balans van de regering-Michel.
Deze statistische gegevens en officiële rapporten bevestigen effectief de balans die het ABVV maakt van de Zweedse legislatuur, die in de geschiedenisboeken zal terechtkomen als een van de somberste periodes van de laatste decennia voor de werknemers. Het ABVV wijst er bovendien op dat 1 Belg op 5 het risico loopt om in armoede te belanden.
Miranda Ulens, algemeen secretaris van het ABVV: “Op 1 mei heb ik de nadruk gelegd op 3 prioriteiten die nodig zijn om een sociaal rechtvaardige en economisch leefbare toekomst op te bouwen: koopkracht, kwaliteit en klimaat. Gezien de sociaal rampzalige balans van deze regering en rekening houdend met haar slechte score op economisch vlak, pleiten wij ervoor dat na 26 mei de politieke partijen die het vertrouwen gekregen hebben van de kiezers, die sociale vraagstukken opnieuw centraal stellen in hun beleid”.
Dit artikel verscheen eerder op De Wereld Morgen