Alfred Cahen is na zijn overlijden (20 april 2000) geloofd en geprezen als een groot intellectueel en diplomaat. Vooral in De Standaard sloofde Mia Doornaert zich uit in een ode aan vriend Cahen. Geen woord over minder verkwikkelijke zaken, zoals zijn tussenkomst ten gunste van een Oekraïense maffiabaas of zijn lobbywerk ten tijde van de grote helikopteraankoop.
Alfred Cahen was onder meer jarenlang Belgisch ambassadeur in Kinshasa en Parijs en ging prat op zijn vriendschappen met figuren als Henry Kissinger en Mobutu Sese Seko. Cahen, van socialistischen huize, was vooral als kabinetschef van minister van Buitenlandse Zaken Henri Simonet zeer machtig geworden in de Belgische diplomatie. Zijn beleid droeg de stempel van zijn vriendschappen. Cahen bleef na zijn pensioen in Parijs als secretaris-generaal van de Associatie voor Atlantische samenwerking, een organisatie voor Nato-propaganda.
Zijn naam kwam in september 1999 door een andere vriendschap spectaculair in het nieuws. De Duitse zender ZDF onthulde dat hij het jaar daarvoor bij de Franse autoriteiten was tussengekomen ten gunste van Semion Mogilevitsj. Die man kon in de landen van de Schengengroep niet rondreizen, maar Cahen beloofde daar iets aan te zullen doen. "Op verzoek van een vriend", zei Cahen, die de démarche toegaf. Cahen zei dat Mogilevitsj gewoon een vriend was van een vriend uit de Associatie voor Atlantische Samenwerking. "En af en toe doe ik een vriendendienst", voegde Cahen eraan toe. Maar hij verzekerde niet te hebben geweten wie die Mogilevitsj was.
Nochtans had journalist Alain Lallemand van de krant Le Soir jaren eerder in het boek "De Organizatsiya" (uitg. Epo, 1996, ondertitel: De Russische maffia van Antwerpen tot Brooklyn) op blz.25 de bende van Mogilevitsj vermeld als medespeler in dit belangrijk hoofdstuk Oost-Europese maffia. Cahen hoefde dat boek niet te kennen. Maar voor zo een uitzonderlijke démarche had hij iemand kunnen laten zoeken op Internet. Want dat zou na twee minuten al een samenvatting hebben opgeleverd van dossiers opgesteld door het FBI en de Canadese inlichtingendiensten over Mogilevitsj. Samengevat: een spilfiguur van Oost-Europese maffia-activiteiten als cocaïnesmokkel, vrouwenhandel, smokkel in radioactieve materialen en wapens, enz. Dat had Cahen zeer gemakkelijk kunnen weten.
Mogilevitsj bleek vorig jaar bovendien de spilfiguur te zijn in een grote witwasserij van Oost-Europees maffia- en smeergeld, waaronder smeergelden die de familie Jeltsin in veiligheid wou brengen. Een firma van Mogilevitsj had via de Bank of New York 15 miljard dollar witgewassen.
Diezelfde Mogilevitsj had in België nog andere contacten: Philippe Rozenberg, tot juni 1999 lid van de Brusselse Hoofdstedelijke Raad voor het Front National, die meerdere contacten had met Oost-Europese maffiosi. Onder andere meer Sergej Michajlov, een beruchte peetvader uit Moskou, jarenlang erg bedrijvig in Antwerpen. Toen die man in 1998 in Genève terechtstond, werden zijn dure advocaten betaald door Mogilevitsj en kreeg de rechter brieven van Rozenberg uit Brussel om te getuigen dat die Michajlov een deftig zakenman was. Het hielp, hij werd vrijgesproken. Begin 2000 werd Rozenberg (bij verstek) in Brussel tot bijna vier jaar veroordeeld voor zijn zaken met die deftige zakenlieden.
Agusta en concurrentie
De naam Cahen dook ook op toen de Belgische strijdkrachten helikopters wilden kopen. Het Italiaanse Agusta vond stevige lobbyisten, maar ook de grote concurrent uit Frankrijk, Aérospatiale, wou de bestelling binnenhalen. Zowel Alfred Cahen als zoon Max-Olivier Cahen kwamen tussen ten gunste van dat Franse bedrijf. Waarschijnlijk ook een "vriendendienst".
Het feit dat Agusta later in verband werd gebracht met de moord op Cools, werd volgens geruchten uit de PS in verband gebracht met de nauwe persoonlijke banden tussen zoon Cahen en Anne-Marie Lizin die het eerst met die suggestie afkwam. Zoon Cahen en Lizin stichtten ooit een "vzw" voor de promotie van het Europese gedachtegoed.
(Zoon Cahen is ook zwaar in opspraak gekomen omdat hij op grote schaal vertrouwelijke documenten van het ministerie van Buitenlandse Zaken aan Afrikaanse regimes zou hebben verkocht. Er is dus vraag naar? Met die geschiedenis kwamen ook de nauwe banden tussen zoon Cahen en Amerikaanse geheime diensten aan het licht. Maar daar kan de vader toch niets aan doen?)