Bulgarije heeft na vijf parlementsverkiezingen in twee jaar een nieuwe regering met een parlementaire meerderheid – 132 parlementsleden van de 201 gaven haar het vertrouwen. Een compromis tussen de conservatieve Gerb en de liberalen geeft een kabinet van technocraten geleid door Nikolaj Denkov, een professor in de chemie.
Tot nog toe leek de kloof tussen de Gerb (EVP) van ex-premier Bojko Borissov en het liberale “Verandering” van Kiril Petkov, kortstondig premier, onoverbrugbaar. Maar zowel Brusssel (EU) als Washington hebben beide kampen zwaar onder druk gezet om tot een regeling te komen en een regering te vormen die de EU gunstig gezind is.
Denkov leunt aan bij Petkov; hij zal na negen maanden zijn ambt overdragen aan Marija Gabriel, ex-commissaris van de EU die bij Borissov hoort. Zij is in afwachting minister van Buitenlandse Zaken. Van hen wordt verwacht dat ze Bulgarije in de Schengenzone krijgen en later ook in de eurozone.
Beide groepen – Gerb en liberalen – weigeren het een coalitieregering te noemen. Onze meningsverschillen zijn te fundamenteel, aldus aan beide zijden. Het nieuwe kabinet krijgt bovenop tegenwerking van president Roemen Radev, zelf Russisch-gezind.
Russische schaduw
Met hun druk wilden Brussel en Washington vooral een dam opwerpen tegen de Russische invloed in Bulgarije. Nagenoeg alle oppositiepartijen zijn Russisch gezind. Zeker de opkomende uiterst-rechtse ‘Heropstanding’ en de ‘socialistische’ BSP. Volgens een recente opiniepeiling staat een derde van de Bulgaren achter de Russische president Poetin. Het gewicht van de russofielen belette Bulgarije openlijk wapens te leveren aan Oekraïne.
De nieuwe en volgende regering krijgen ook als opdracht de corruptie beter te bestrijden door enkele hinderpalen weg te nemen. Een van die hinderpalen heeft een naam, procureur-generaal Ivan Gesjev, die de strijd tegen de corruptie zou tegenwerken. Om de nieuwe regeerders alvast al te hinderen, opende hij onderzoeken tegen verscheidene leden van het nieuwe kabinet en tegen de politici die hen steunen, onder wie ex-premier Borissov en Petkov.
