Bewapeningswedloop tussen Marokko en Algerije
Er wordt harde taal gesproken in de Magreb. De al bijna een halve eeuw durende spanning tussen Marokko en Algerije, loopt de jongste tijd hoog op. Marokko voelt zich gesterkt met de verse steun van Frankrijk, met de terugkeer van Donald Trump in het Witte Huis en met de investeringen uit China en elders. Algerije voelt zich om dezelfde redenen erg gefrustreerd. Sinds Algiers in augustus de diplomatieke betrekkingen met Rabat verbrak, wordt het wapenarsenaal aan beide kanten druk uitgebreid, er wordt geoefend. Een grensincident kan ontaarden in een oorlog.
Grenzen
In Algiers werd vorige maand bij aankomst de Algerijnse (sinds kort ook Franse) auteur Boualem Sansal opgepakt en beschuldigd van terrorisme. (Zie rubriek Boeken over Sansal). Hij heeft dan ook meerdere grenzen geschonden. Maar met een interview in het (uiterst-rechtse) magazine ‘Frontières’ is hij in de ogen van de Algerijnse overheid wel echt te ver gegaan: het in vraag stellen van de grenzen van de staat.
Hij heeft gewoon de geschiedenis van de westelijke grenzen verteld, namelijk dat de Franse kolonisatoren grote delen van Marokko, nadat dit vanaf 1912 een Frans protectoraat was, bij hun overzees gebiedsdeel (kolonie) Algerije hebben gevoegd. Oran, Tlemcen en verre omgeving – het westen van huidig Algerije – waren Marokkaans. Sansal bevestigde gewoon de Marokkaanse thesis terzake – die berust op historische feiten. En dat is in de huidige omstandigheden landverraad. Of terrorisme.
Want hiermee stelt hij de “Algerijnse identiteit” in vraag. Zoals de Franse president Emmauel Macron twee jaar geleden voor opschudding zorgde toen hij zei dat het in feite Frankrijk is dat met zijn kolonisatie een Algerijns volk heeft geschapen, daarvoor was dat gewoon een stuk Noord-Afrika onder Ottomaans bewind. Eerder was er nooit sprake geweest van een Algerijns volk, aldus de provocatie van Macron.
Sahara
Macron, die nu net op een zeer slecht blaadje staat in Algiers sinds zijn zomergeschenk aan de Marokkaanse koning Mohammed VI dat hij bekroonde met een groots bezoek. Macron stuurde de koning namelijk een boodschap waarin hij het Marokkaans voorstel voor regeling van de westelijke Sahara, de enige weg naar een regeling van dat conflict noemt. De enige, niet “een van”, zoals bij voorbeeld Alexander de Croo zei. Die boodschap was meer dan een kaakslag voor Algiers en het door Algerije gesteunde Polisario Front van de Saharawi’s die de Marokkaanse bezetting van hun land aanvechten.
Koning Mohammed had al eerder Spanje tot een gelijkaardige positie gedwongen. Gedwongen in wel het juiste woord, dat gebeurde in de vorm van duizenden migranten die de Spaanse enclaves in Marokko binnenstapten, vooral in Ceuta waar er ineens 8.000 waren. Met het dreigement dat er nog veel maar klaar stonden. Hij heeft Frankrijk ook gechanteerd. Het Frans zou zijn bevoorrechte plaats in het onderwijs verliezen, belangrijke contracten werden toegespeeld aan Chinese en andere concurrenten.
Marokko is vooral veel assertiever geworden sinds Donald Trump op het einde van zijn eerste ambtstermijn, 2020, de Marokkaanse soevereiniteit over de westelijke Sahara erkende in ruil voor diplomatieke relaties tussen Marokko en Israël. Sindsdien, 10 december 2020, werken die twee landen zeer nauw samen, ook militair en vooral op het vlak van hun geheime diensten. Het Israëlische spionagesysteem Pegasus vond in Marokko een gretige afnemer. Met de Israëlische genocide in Gaza is dat wat lastig geworden, Marokko bewijst wat lippendienst aan de Palestijnse zaak, maar met mate. De samenwerking met Israël gaat gerust verder.
Het regime zit wel verveeld met de massale steun bij de bevolking voor pro-Palestijnse manifestaties, maar laat die toe als uitlaatklep. Dat is niet het geval voor andere manifestaties. Er is grote onvrede over de dalende koopkracht van een groot deel van de bevolking terwijl de regerende elite volop graait, maar de schrik om daar iets tegen te doen is erg groot, aldus syndicalisten. “Marokko is een dictatuur die vrijheid van mening onderdrukt”, zei Fouad Abdelmoumni, economist bij Transparency International’ eerder dit jaar. Hij is opgesloten omdat hij de regering beschuldigde in Frankrijk te hebben gespionneerd met Pegasus. Nadien bleek Pegasus ook tegen hem te zijn ingezet.
Algiers
De terugkeer van Trump in het Witte Huis komt koning Mohammed dus zeer goed uit. Hij staat in Washington op een goed blaadje, heeft nu meer steun in Europa en doet intussen goede zaken met onder meer China en Rusland. De investeringen stromen toe, Marokko wordt, zeker met de uitbouw van de haven van Tanger, een favoriete hub naar Europa.
Dat stimuleert nog meer de nationalistische sentimenten zoals die onder meer vorm krijgen in de beweging ‘Moorish’. Trump inspireert die nationalistische stroming duidelijk, op sociale media imiteren ze de aanpak van MAGA, zelfs in de vorm van een MMGA (Make Marocco Great Again). Voor Marokkaanse nationalisten hoort ook de staat Mauritanië tot Groot-Marokko. Momenteel is er een handelsoorlog tussen beide landen sinds Marokko ineens veel meer moest betalen voor de doorvoer van groenten naar Senegal.
De toon is vooral zeer krijgshaftig tegen vijand nummer één, Algerije (in één adem met het Polisario). De binnenlandse vijanden, dat zijn linkse critici van het regime die vaak als verraders worden afgeschilderd.
De ontwikkeling in Marokko is een doorn in het oog van de Algerijnse leiders die het in eigen land niet onder de markt hebben. Er wordt sinds de Hirak – de massale betogingen begin 2019, steeds minder kritiek geduld. Elk diplomatiek succes van Marokko is tegelijk een nederlaag voor Algerije. Als dan een auteur van eigen bodem de Marokkaanse versie nog spectaculair gaat bijvallen, barsten de gespannen zenuwen.
Vooral omdat het niet alleen om de grenzen gaat. Er is een ander taboe: het “zwarte decennium”, de tien jaar (1992-2002) bijzonder wreedaardige oorlog tussen leger en islamisten waaraan een einde kwam met de afspraak die tien jaar “te vergeten”. Dat doet Sansal niet, hij klaagt de grote invloed van islamisten op politiek en maatschappij aan. Een andere in Frankrijk wonende Algerijnse auteur, Kamel Daoud, doorbreekt het taboe volledig in zijn roman ‘Houris’ die onlangs met dat boek de prestigieuze literatuurprijs Goncourt won.
Militaire greep
Daoud heeft het eveneens over de verstikkende greep van de islam op de samenleving. Het regime is daarmee gediend, het helpt de onderdrukking van de maatschappij. Sinds in februari 2019 massa’s mensen de straat opgingen, de ‘Hirak’, om zich te verzetten tegen een vijfde ambtstermijn voor president Bouteflika en een “normaal burgerbewind” te krijgen, is de repressie toegenomen, is vooral de greep van de generaals groter geworden. Het was een legercommuniqué dat Bouteflika tot aftreden dwong, gevolgd door een grondwetsaanpassing die het leger “de verdediging van de vitale en strategische belangen van het land toekende.”
Daarmee is bevestigd wat al meer dan 50 jaar realiteit was: de suprematie van de militairen. Hun kandidaat, Abdelmadjid Tebboune, werd op 9 september met bijna 95 % van de stemmen herkozen – bij een opkomst van 24 %. Minstens drie kwart deed niet mee aan die farce. Nochtans had het regime talrijke inspanningen gedaan – woningbouw, sociale uitkeringen – want de kassa doe het goed door de gestegen energieprijzen. Maar zeer veel Algerijnen vinden dat vooral de elite, de militaire voorop, zich tegoed doet aan die stijgende inkomsten.
Op de al een halve eeuw durende spanning met Marokko, de grens is al meer dan 40 jaar gesloten, komt nu ook weer die met Parijs naar boven. Twee jaar lang schipperde Macron tussen Rabat en Algiers; net toen het er naar uitzag dat de Algerijnse president Tebboune dit najaar eindelijk naar Parijs zou reizen, kwam dat geschenk van Macron aan koning Mohammed. Algiers wil de Fransen daarvoor straffen, maar hoe, zonder in eigen voet te schieten?
Migranten
Algiers hamert dan maar op de Marokkaanse steun aan de beweging voor een zelfstandig Kabylië, de regio vooral bewoond door Berbers. En nog veel meer op samenwerking met Israël als verraad aan de Palestijnen. Maar zelf laat het geen manifestaties voor diezelfde Palestijnse zaak toe, uit vrees dat de straat zich tegelijk tegen het regime keert. Dat repressief klimaat drijft nog meer jongeren naar de uittocht, weg uit het land, emigratie.
Maar intussen hebben zowel Marokko als Algerije steeds meer te maken met immigratie, met honderdduizenden Afrikanen van beneden de Sahara die de weg naar Europa afgesloten vinden en in de Magreb vastlopen. Dat leidt in alle landen tot extra spanningen en in het geval van Tunesië tot een opstoot van racisme en xenofobie.
Tunesië, dat de zijde kiest van Algerije al was het maar om de gasleveringen te verzekeren, zit 14 jaar na het begin van de daar ontloken Arabische lente met een even autoritair bewind als hetgeen dat toen viel. President Kaïs Saïed heeft het net als zijn uiterst-rechtse geestesgenoten in Europa over “invasie” en “omvolking” om Tunesiërs van de vele andere problemen af te leiden. Hij liet zich in oktober herkiezen met alleen maar twee andere schijnkandidaten, de anderen waren afgewezen, en won met 89 %. Bij een officiële, aangedikte, opkomst van 27 %
Oorlog?
Autoritaire regimes, repressie, onderlinge spanningen migratieproblemen. Het Europa van de EU, aangevoerd door de Italiaanse premier Giorgia Meloni, rekent wel op die leiders om de migratie af te remmen. Al de rest zijn onze zorgen niet.
Ook niet als het tot een gewapend treffen komt, oorlog? Sinds 2021 is er een echte bewapeningswedloop tussen beide. Marokko kan daarbij ekenen op de VS. Het Pentagon heeft nu de levering goedgekeurd van een 40-tal raketten die een draagwijdte tot 120 kilometer hebben en zeer precies zijn.
Marokko besteedt 10 percent van zijn bnp aan bewapening, in Algerije ligt dat nog een stuk hoger. Algerije koopt zijn meeste wapens in Rusland, maar klopt nu ook aan bij onder meer Turkije en China.
Het lijkt alsof beide zich klaarmaken voor een nieuwe “guerre des sables” zoals in oktober 1963 gebeurde.