Tot de laatste Palestijn
Hindje Rajab was zes jaar oud in Gaza die 29-ste januari toen haar vaders auto, met de hele familie er in, beschoten werd door een Israëlische tank. Als enige overlevende opgesloten in het wrak kon de kleine Hind per telefoon om hulp blijven roepen. Uren lang was er contact met de Palestijnse Rode Halve Maan (PRCS, dat is de tegenhanger van het Rode Kruis in de islamitische wereld).
Urenlang trachtte de PRCS groen licht te krijgen van de Israëli’s om een ambulance naar het wrak te gidsen. Toen die eindelijk in de buurt kwam werd er geschoten en het contact, ook dat met de ambulanciers, viel weg. Zaterdag, twaalf dagen later, waarin het IDF van krommenaas gebaarde, werden de vehikels teruggevonden. Hind was dood met haar familie. Enkele meters verder zat de uitgebrande ambulance naast haar weggeslagen motor, met de twee dode ambulanciers.
Het verhaal is dagenlang de wereld rondgegaan, mét geluidopname van de oproepen van het kind. Vragen hoe is zoiets mogelijk komt niet van pas hier: wij weten hoe dit mogelijk is. Wat wel kan verbazen is dat hier geen internationaal antwoord van woede en verontwaardiging op is gekomen, ook niet bij de vrienden van Israël, die hier toch voor jaren hun reputatie aan het vastleggen zijn. En Rafah moet nog komen.
De familie Rajab was “geëvacueerd” zogenaamd uit Gaza stad, en is uit de stad niet ver geraakt. Waar reed zij naartoe? Allicht naar het zuiden. Naar de zuidelijke stad Khan Younis misschien, omsingeld en ingenomen door de Israëli’s, daar werd vrijdag Al-Khair ziekenhuis bestormd door Israëlische troepen. Israël beweert dat Hamas ziekenhuizen gebruikt als commandocentrales en dergelijke meer, maar heeft daar tot nog toe weinig of geen bewijs voor willen tonen.
Niet naar Khan Younis ging de reis dus, maar allicht naar Rafah. Dat is de grensstad waar Israël de inwoners van de Gaza Strook naartoe drijft. Daar zoeken nu al rond anderhalf miljoen vluchtelingen onderdak bijvoorbeeld in de tentenkampen en bidonvilles die in en rond de stad opgerezen zijn. Dit belet de Israëlische luchtmacht niet Rafah en de kampen te blijven bombarderen, maandag 12 februari eiste een luchtaanval daar minstens 74 doden. Dat bracht het Palestijnse dodental sinds 7 oktober op 28.473 volgens de Palestijnse autoriteit in Gaza. Ja dat zijn cijfers van Hamas, hun precisie wordt niet in twijfel getrokken.
Een plan.
Intussen heeft men het mogen meemaken dat, gedragen door Qatar en met de hulp van Egypte, de VS en allicht de Palestijnse Autoriteit, sommige Israëli’s en Hamas na lang onderhandelen een plan in elkaar hadden voor een staakt-het-vuren met uitwisseling van gevangen Palestijnen voor Israëlische gijzelaars, en de terugtrekking van Israël uit Gaza, een akkoord waarop aller ogen gefixeerd waren. Dat dit inging tegen gevestigde — en al lang luid verkondigde — belangen kon men voorzien — had Hamas de lat niet een tikje hoog gelegd? — en men moest dus ook niet lang wachten op het Nee, Nee, Nee van Israël’s premier Netanyahu. Die had immers gezegd dat hij de oorlog wil voortzetten tot Hamas helemaal vernietigd is en misschien nog meer, en dit is wat hij wil. Dit, en geen wapenstilstand.
Dàt impliceert dat Israël, in een logisch vervolg van de oorlogshandelingen nu Rafah zal aanvallen hoewel de Verenigde Staten dat niet willen. De bombardementen zijn al bezig, ook al vormen die volgens VS-president en bijna Bibi Netanyahu’s enige overgebleven vriend, nog niet de massale aanval op de stad waar iedereen nu zo bang voor is.
Want met anderhalf miljoen mensen samengepakt op een in puin gebombardeerd terrein dat volkomen geïsoleerd is door het Israëlische leger, is er geen internationale dan wel politieke instantie of organisatie meer die niet waarschuwt voor een onvoorstelbare humanitaire catastrofe als de tanks van Bibi Netanyahu daar even gaan huishouden. Het is voldoende de momenteel voorhanden luchtfoto’s te bekijken om zich een beeld te vormen van iets dat men nooit meer wil zien.
Het punt is dat die mensen daar samengepakt zitten omdat ze geen enkele kant meer uit kunnen. In het noorden, oosten en westen de Israëli’s, in het zuiden de Egyptische grens waar ze ook niet over kunnen. De logica van Israël is ongetwijfeld de Palestijnen van Gaza te dwingen op een of andere manier stormenderhand die grens te doorbreken, en zich in de woestijn te verliezen. Willen de Egyptenaren daar dan op schieten, dan is dat hún zaak. Dat dit een uiterst gevaarlijk spel is, behoeft geen tekeningetje.
Een toekomst voor Gaza?
Intussen houdt Israël zich ook bezig met een mogelijke toekomst voor Gaza. Men denkt in Tel Aviv dus niet echt Gaza en de Strook in de Middellandse Zee te zullen zien verzinken.
Over een politiek vervolg na deze oorlog, waar Hamas nog een element in zou zijn, worden langs alle kanten gesprekken gevoerd en proefballonnetjes opgelaten, waar Israël zelf uiteraard absoluut niets mee te maken heeft (maar waar de geheime dienst Mossad wel aan meedoet) over wat het zou kunnen worden, godbetert misschien zelfs iets met de Palestijnse Autoriteit erin, en een terugkeer naar de akkoorden van Oslo, aan het kelderen waarvan Bibi Netanyahu zijn politieke carrière gewijd heeft.
Ten bewijze de zijdelingse campagne van de IDF die langs de grens van de Gaza Strook een “veiligheidsperimeter” aan het aanleggen is, dat wil zeggen een strook van een kilometer breed die vrijgemaakt wordt van al wat er op staat van bomen, gebouwen, huizen: al wat het zicht op de grens — en op Gaza vanaf de grens — kan belemmeren. Israël wil een goed uitzicht op Gaza behouden, dus denkt men dat het er nog zal zijn. Maar waar zullen de Palestijnen zijn?
De voormalige Israëlische ambassadeur Elie Barnavi wijst erop dat Israël die perimeter-methode in het verleden al in Libanon probeerde, en dat die in vijftien jaar bezetting daar meer dan 550 van zijn soldaten het leven kostte. Waarom nu opnieuw proberen wat dertig jaar geleden al niet werkte, vraagt hij zich af. Het antwoord zit in de oorlog: zolang de oorlog duurt kan de eerste minister van Israël niet veel gebeuren, die heeft immers geen politieke plannen voor wat daarna zal komen. Zijn ontslag ongetwijfeld en zijn politieke einde. Dus moet de oorlog maar blijven duren tot de laatste Palestijn. Spijtig voor die gijzelaars.