Sven Biscop is een van de weinige defensiespecialisten in ons land. Hij werkt voor het Koninklijk Instituut voor Internationale betrekkingen en daarnaast doceert hij ook nog aan de universiteit in Gent. In een gesprek met hem hebben we het over de komende NAVO-top en de Verenigde Naties naar aanleiding van het aanstaande lidmaatschap van België in de Veiligheidsraad.
Sven Biscop
Wat kan of moet België doen volgend jaar als het lid is van de Veiligheidsraad (VR) van de Verenigde Naties (VN)
Ik denk dat België veel Congo-expertise bezit om in te brengen. Het lijkt me evident dat België Congo bovenaan de agenda zal zetten. Verder is er Libanon. We hebben daar troepen zitten, wat wellicht een gevolg is van het feit dat België in de veiligheidsraad gaat zetelen en we dus wel een militaire bijdrage moesten leveren. Voor de rest is het vooral lopende zaken opvolgen en wat meestappen in de actualiteit. Hoe dan ook zullen we daar geen fundamentele veranderingen kunnen realiseren. Wel wat accenten leggen op een aantal dossiers waarin we een traditie hebben.
Verder denk ik dat België zich moet inschrijven in de EU-houding ten aanzien van de VN. De EU heeft zich uitgesproken voor een sterke VN en voor een bevestiging van het collectieve en multilaterale veiligheidssysteem ervan. Ik denk dat België enkele eigen accenten kan leggen door bijvoorbeeld te proberen het EU-gehalte tussen de EU-leden onderling wat op te krikken, zodat er meer als Europa wordt gezeteld en minder als individuele lidstaat.
Dat gaat alvast over Groot-Brittannië en Parijs, wie nog?
Italië komt er samen met ons in. En er zetelt al een Oost-Europees, namelijk Slowakije. Het eigenaardige is dat de verkiezing in de Veiligheidsraad nog altijd gebeurt volgens de oude groepen, dus Oost- Europa en West-Europa apart, waardoor Europa gemakkelijk meteen met vijf landen in de Veiligheidsraad kan zitten.
De mogelijke ambitie van België om de Europese collectiviteit te verdedigen en het multilateralisme te benadrukken, botst toch met het gegeven dat een aantal Europese landen op verschillende dossiers met elkaar overhoop liggen? Kijk maar naar Groot-Brittannië en Frankrijk.
Ik denk wel dat er kleine stapjes zijn gezet in de richting van een grotere EU-aanwezigheid in New York. Het blijft beperkt vooral omdat de twee permanente leden weigerachtig staan om hun autonomie op te geven. Je kunt dat niet bruuskeren, maar het zou wel logisch zijn. Want dat zou in de lijn liggen van de logica dat we moeten handelen vanuit het Europese Gemeenschappelijk Buitenlands en Veiligheidsbeleid (GBVB). Dat betekent dus dat we in New York ook met één stem zouden moeten spreken.
De afgelopen jaren zijn er verschillende pogingen geweest om de Veiligheidsraad grondig te hervormen. Hoe kijkt België daar tegen aan?
De ideale oplossing zou zijn dat de EU als zodanig vertegenwoordigd is ipv de individuele lidstaten maar dat is een langetermijnverhaal. Je kunt dat eigenlijk niet doen als een aantal regio’s niet hetzelfde doet, anders zit Europa daar alleen terwijl we daar nu soms met zes kunnen zetelen. Ik weet dat België op korte termijn de vraag van Duitsland voor een permanente zetel steunt.
Persoonlijk denk ik niet dat het de zaak vooruit zal helpen door meer permanente leden te creëren. Zelfs permanente zonder vetorecht. Als je redeneert vanuit het oogpunt van een permanente zetel voor de EU, dan is een Duitse permanente zetel weer een zetel meer waar je achteraf weer vanaf moet. Ik zie meer een van de twee modellen die het High Level panel van de VN voorstelde haalbaar: laat ons tussen de bestaande vijf permanente leden en de tijdelijke die twee jaar zetelen een soort tussencategorie creëren van landen die vier jaar zetelen en die aan een aantal criteria moeten voldoen om verkozen te worden, bijvoorbeeld op basis van budgettaire bijdragen. Dan kan je er een aantal belangrijke spelers als tijdelijk lid in brengen maar met een grotere frequentie.
Maar nu ligt het hele hervormingsproces van de VN stil.
Voor zover ik weet ligt dat inderdaad stil.
Nochtans is de huidige Veiligheidsraad niet meer in staat om vlug te antwoorden op problematische dossiers, zie maar naar Libanon of Irak. Bij de permanente leden is er een voortdurende geopolitieke strijd. De geloofwaardigheid van de VN is in gevaar.
Je kunt wat Irak betreft de zaak ook omdraaien en zeggen dat het systeem heeft gewerkt. Er was een vraag, maar het antwoord was negatief. De VN heeft het natuurlijk zeer moeilijk om tegen de wil in te gaan van een van de permanente vijf, dat is waar, dat is de consequentie van het systeem. Als de permanente vijf niet overeenkomen gebeurt er niets. Daarom dat het volgens mij belangrijk is om op korte termijn de consensus te versterken, niet alleen met de VS maar ook met China, dat meer en meer overal aanwezig is. Bijvoorbeeld in relaties met Afrika, waar geprobeerd wordt een conditioneel beleid te voeren, dat door China wordt ondergraven. China ziet maar één conditie en dat is de erkenning van het één-China principe. We zien bijvoorbeeld in Zimbabwe, dat wanneer de EU de relaties verbreekt omwille van de mensenrechtensituatie, China gewoon het gat weer opvult en de belangrijkste handelspartner wordt. Het gaat om een clash van twee benaderingen. De EU-idee is een wereldmacht waaruit ook verantwoordelijkheden voortvloeien. Niet alleen rechten maar ook plichten. Met andere woorden, hoe kun je China, maar ook Rusland ertoe brengen om zich als verantwoordelijke mondiale speler te gedragen en in een situatie zoals rond Darfour mee te stemmen voor een optreden ipv alleen maar naar economische belangen te kijken.
Jan Pronk, de bijzondere gezant voor Sudan, zei in De Standaard dat de Afrikaanse troepenmacht sinds 2004 goed werk levert, maar dat de troepen een tijdlang geen salaris ontvingen omdat de financiering vanuit de EU en VS grotendeels stopte. In die context klinkt de roep voor een grote en efficiënte VN-vredesmacht wel eigenaardig.
Ik denk dat ze redelijk goed werk leverden, maar dan binnen hun beperkt mandaat. Het ging immers om een waarnemersmacht, ze mogen dus niet tussenkomen. Dwz dat het moorden gewoon verder gaat ondanks de aanwezigheid van die macht. Er zijn nog problemen. De mogelijkheden van de African Peace Facility is niet oneindig groot en geraakt snel uitgeput en het gaat om een toch redelijk grootschalige missie.
Een van de dingen die wel gerealiseerd is, is het ‘Responsability to Protect’-principe (RtoP), wat ik op zich een zeer goede zaak vind. Maar als het erop aan komt om dat in de praktijk om te zetten… aanvankelijk was er niemand bereid om in Darfour te interveniëren. Toen wou de Afrikaanse Unie (AU) het doen, en was iedereen tevreden en ontstond er een soort wedloop om de eerste te zijn om de AU te steunen. Want de EU en de NAVO waren beide kandidaat, maar in de tweede lijn. Nu zijn ze daar alle twee wat eigenlijk zinloos is. Toen er op een gegeven moment sprake van was dat de AU-troepen het land zouden moeten verlaten was er ook niemand bereid om ze te vervangen. Er is wel een resolutie gestemd voor een VN-macht maar dan enkel mits toestemming van Khartoem en dus geen vredesafdwinging. Hier zie je dan toch dat RtoP in praktijk brengen niet zo vanzelfsprekend is. Want dat betekent effectief dat je intensieve operaties in gang steekt met gebruik van geweld en daar rijst de vraag: zijn we bereid om daar de consequenties van te dragen? Ik zeg niet dat we als een cavalerie overal moeten binnenstormen. De drempel van RtoP is redelijk hoog: genocide, etnische zuivering, oorlogsmisdaden, misdaden tegen de menselijkheid. Eens die drempel overschreden moet de VN-veiligheidsraad eigenlijk optreden.
Waarom stemt men een resolutie voor een VN troepenmacht en stopt men tegelijk de financiering van de bestaande Afrikaanse troepenmacht?
Ik denk dat de resolutie er gekomen is omdat Sudan stelde dat de AU-macht moest verdwijnen. Maar daarnaast is het zo dat de capaciteit van de AU beperkt is. Iedereen wist dat op een bepaald ogenblik de opvolging van de AU-macht moest worden verzekerd. De AU is nog redelijk onervaren en beperkt in zijn mogelijkheden.
Er is nochtans reden tot wantrouwen over het concept van peace enforcement. Als de RtoP zuiver wordt gespeeld is er geen probleem. Alleen valt te vrezen dat militaire interventies niet altijd over menselijke waarden gaan.
Ik ben er het mee eens dat een dergelijk risico bestaat. Daarom denk ik dat men de drempel zo hoog heeft gelegd. Anders zou dit niet aanvaardbaar zijn voor veel van de zuidelijke landen. Daarom ook dat het enkel aan de VN-Veiligheidsraad toekomt om daarover te beslissen. Het probleem is eerder dat men het mechanisme daardoor te weinig zal inroepen. M.a.w. dat die permanente leden van de veiligheidsraad geen voldoende bereidheid tonen om iets te ondernemen.
In het geval van Rwanda zou je omgekeerd kunnen redeneren en kunnen stellen dat de genocide kon plaatsgrijpen omdat die belangen er niet waren.
De lessen uit Rwanda, samen met Kosovo, vormen de grote motivatie tot het ontwikkelen van het RtoP principe.
Tegenwoordig spreekt met van de ‘global player’ die een bepaalde verantwoordelijkheid heeft. Het gaat om economische grootmachten die ook hun politieke en militaire verantwoordelijkheid moeten nemen. Ondergraaft dit niet het oude idee uit het VN-Handvest dat elke staat op zich een volwaardige speler is?
Twee dingen. In het Handvest heeft men er voor gezorgd dat er vijf permanente leden zijn met een vetorecht. Daar staat tegenover dat ze meer dan andere moeten zorgen dat beslissingen worden uitgevoerd. In ruil moeten ze dus een grotere inspanning leveren. Twee. Het Handvest is gebaseerd op het principe van de niet-inmenging in interne aangelegenheden. Dat is iets dat terecht meer en meer erodeert, omdat men inziet dat de staat niet altijd de veiligheid van zijn inwoners garandeert. Onder invloed van het menselijke veiligheidsdenken is het referentieobject verschoven van de staat naar het individu. De veiligheid van de staat is een middel om het individu te beschermen, maar is niet een doel op zich. De staat kan perfect stabiel zijn en tegelijk al zijn inwoners onderdrukken. Probleem is dat landen als China en de EU dat anders opvatten. Beide spreken over multilateralisme, maar ze vullen dat anders in. Voor ons betekent multilateralisme: je creëert internationale instellingen waaraan je bevoegdheden afstaat of ermee deelt. Je evolueert dus naar wederzijdse inmenging. Voor China is multilateralisme eerder dat elke staat zijn eigen beleid voert met daarnaast een dialoog om te vermijden dat het beleid van de verschillende nationale instanties met elkaar gaat botsen. Multilaterale organisaties zijn hier meer een forum voor uitwisseling en coördinatie, terwijl wij het echt meer als een beleidsniveau op zich zien.
Op vrijwillige basis, want in de EU doet iedereen afstand van bepaalde bevoegdheden. In het idee van peace enforcement is het een buitenstaander die dat beslist. Bovendien zien we dat militair optreden zelden voor oplossingen zorgt. De enige oplossing lijkt een militaire bezetting gedurende jaren, zoals in Kosovo.
Daar ben ik het niet mee eens. Het toont wel aan dat het moeilijk is. En dat als je intervenieert dat je daar lang zult zitten, terwijl militair optreden alleen onvoldoende is. Je moet al van in het begin een uitgebreid economisch, politiek en sociaal hebben klaarliggen. Ik denk dat de EU meer en meer voor elke operatie de planning inbouwt dat het einddoel een politieke oplossing is met een economisch en sociaal luik. Kosovo is een bijzonder moeilijk dossier, maar ik zie ook geen andere optie. In Bosnië is ook niet alles perfect, maar is de militaire aanwezigheid al wat afgebouwd en gaat het er in het algemeen toch op vooruit. Het kritieke punt is dat je een voldoende aantal troepen hebt. Ik heb onlangs een Amerikaan ontmoet die zei over Afghanistan: “we are doing just enough to fail”. Dus we doen iets, maar niet genoeg om succes te boeken.
Maar dat is toch iets dat onhaalbaar is. Als we kijken naar Irak, dan zie je toch heel duidelijk dat als je militair optreedt in een omgeving die vijandig gezind is, dit alleen maar faliekant kan aflopen. Idem voor Afghanistan. Er is een reële kans dat het daar eveneens uit de hand gaat beginnen lopen.
Ik ben ermee akkoord dat een militaire interventie de zaak kan verergeren. Je moet dus op voorhand de positieve en negatieve mogelijke effecten afwegen. Irak is het negatieve voorbeeld. Ik denk dat in Afghanistan het positief potentieel groter is omdat de plaatselijk bevolking ergens tevreden was dat ze van de Taliban af waren. Ik denk alleen dat we het nadien niet zo goed gedaan hebben om het vertrouwen of potentieel aan vertrouwen te behouden. Ik denk aan het rapport waaruit blijkt dat opium een groot deel van de economie vormt. Als er dan plotseling iemand komt die zegt dat de opiumteelt moet stoppen terwijl er niet direct een alternatief voorhanden is, dan kan ik me voorstellen dat je je niet zo populair maakt.
In de jaren negentig kon het ons niet schelen dat de Taliban aan de macht waren. Niemand was bereid de vluchtelingen van het regime op te vangen. Een paar jaar later komen we vertellen dat we de menselijke waardigheid van de Afghanen gaan verbeteren.
Je hebt wellicht gelijk. Maar ik vind het positief dat we proberen meer en meer aandacht te hebben voor dergelijke landen. Ik vind het belangrijk dat de Europese Unie probeert bepaalde waarden te verdedigen.
Maar daar gaat het nu net om. Je kan toch niet anders concluderen dan dat die dossiers ‘stinken’. We weten toch dat ook in Afghanistan de oliedistributie vanuit Centraal-Azië in het geding was en dat de VS tot voor enkele maanden met de Taliban aan het onderhandelen waren daarover. De plaatselijke bevolking ziet dat toch ook?
Ik kan je aan de ene kant volgen. Aan de andere kant zeg ik, dat veel mensen toch het beeld hebben van de EU die staat voor de mensenrechten….
… en de vrije markt.
In het High Level panel van Kofi Annan staat ook ergens dat het collectief veiligheidssysteem maar geloofwaardig is als je rekening houdt met ieders veiligheidsbedreigingen. Dus niet alleen terrorisme, maar ook AIDS of honger omdat het die zaken zijn die de meeste slachtoffers in Afrika maken. Dat wil zeggen dat je als je voldoende legitiem wil bevonden worden je genoeg moet tussenkomen. Dus niet alleen in die landen interveniëren waar er oliereserves te vinden zijn, maar ook waar de drempel van de RtoP overschreden is. Ook tussenkomen als er geen energiebronnen aanwezig zijn.
Terug naar het Midden-Oosten. Daar is een staat, zijnde Israël, die blijkbaar geen last heeft van internationale druk om belangrijke resoluties uit te voeren. Dat geeft toch een bepaalde perceptie in de rest van het Midden-Oosten die ertoe leidt dat men er niet al te hoog oploopt met onze geloofwaardigheid.
Ja er is een probleem van geloofwaardigheid. Ik geloof nog altijd dat op het Europese niveau ook een aantal andere dingen meespelen. Het moeilijke is dat de EU alleen niets kan realiseren als je geen rekening houdt met de VS. Er is maar een kans op slagen als beide blokken een initiatief nemen.
Waarom?
Omdat ze elk maar legitiem worden bevonden door een van de twee kanten.
Maar speelt hier niet vooral mee dat de EU eigenlijk geen gemeenschappelijk beleid heeft?
Ik zou zeggen er is niet altijd een gemeenschappelijk beleid. Soms wel, soms niet. Omwille van de verdeeldheid tussen transatlantisten en de anderen. Maar er zijn voorbeelden van hoe de EU zich toch actief toont, bijvoorbeeld rond Iran. Los van de vraag of dat een succesvol beleid is.
Maar hier gaat het over het optreden van enkele grote EU-landen waarover andere landen klaagden dat ze te weinig bij de zaak worden betrokken.
Ja, dat is iets nieuw. Het gaat om een nieuw informeel mechanisme dat zijn weg nog zoekt. Dat toont aan dat met 25 werken niet altijd mogelijk is. Maar wat ik wil zeggen is dat er toch voorbeelden zijn dat Europa toch kan optreden.
Even terug naar de discussie over de global players. Francine Mestrum stelt dat men alles onder veiligheid begint te stoppen en alles relateert aan het militaire. Armoede krijgt een veiligheidsdimensie wat betekent dat we militair moeten optreden rond armoede.
Dat risico bestaat en je vindt dat trouwens terug in de Amerikaanse National Security Strategy. Daar staat veel over mensenrechten, democratie en handel, maar allemaal in functie van de ‘war on terror’. M.a.w. het instrumentaliseren ervan. Voor mij betekent een holistische aanpak dat je niet altijd alles als veiligheid bekijkt, maar wel dat je elk probleem vanuit vier dimensies bekijkt: een veiligheidsdimensie, een politieke, een sociale en een economische. Dat betekent dat je de problemen vanuit een samenhang tussen die vier dimensies bekijkt, maar niet dat je ze reduceert tot veiligheid. Voor gaat onveiligheid over de bedreiging voor de fysieke veiligheid, ‘freedom from fear’. En die andere hangen allemaal samen maar zijn an sich geen veiligheid en hebben ook hun eigen dynamiek.
Maar zit dat Amerikaanse denken, zij het genuanceerder niet ook in de Europese Veiligheidsstrategie? Daar wordt een mislukte staat gedefinieerd als slecht bestuur of weinig verantwoordelijkheidsgevoel, zonder dat de eigen verantwoordelijkheden, zoals de Europese landbouwpolitiek worden geduid. Men gaat dus met de vinger wijzen en zeggen ‘het zijn jullie die het slecht doen’.
Daar ga ik wel mee akkoord. Men somt in het begin van de Europese Veiligheidsstrategie de negatieve kanten op van de globalisering, maar vervolgens maakt men niet de link met veiligheid, terwijl die er wel is volgens mij. Want uiteindelijk liggen de grondoorzaken van onveiligheid toch wel in de politieke, economische en sociale dimensie. En die link maakt men in de dreigingsanalyse net iets te weinig. Maar ik denk dat in aanpak de link veel meer wordt gemaakt. Omdat men het daar heeft over de nood aan goed bestuur, democratische staten, respect voor de mensenrechten, sociaal-economische ontwikkeling enzovoort. Blijft natuurlijk het probleem dat we wel goede bedoelingen hebben, maar tegelijk een heel agressief handelsbeleid voeren die bijvoorbeeld het EU-ontwikkelingsbeleid gedeeltelijk ondergraaft. Als we de holistische aanpak serieus nemen dan moeten we delen van het handelsbeleid of het landbouwbeleid drastisch herdenken.
In een publicatie naar aanleiding van de NAVO-top in Riga, geef je de indruk nogal vertrouwen te koesteren in de Europese Unie als ‘gemeenschap van waarden’. Zien we in de praktijk niet gemakkelijk de belangenpolitiek doorwegen?
Dat klopt. Ik wil ook niet zeggen dat het allemaal perfect werkt. Ik denk dat het concept dat de EU min of meer heeft uitgeschreven in de goede richting gaat. Moest men dat volledig doordenken in implementeren dan zouden we goed bezig zijn. Uiteraard zijn er nog heel wat zaken die niet consistent zijn, zoals de wapenhandel en dat geldt ook voor België. We maken dus onze retoriek niet altijd waar. Maar ik vind dat we conceptueel wel verschuiven en dat er een positieve tendens is. Rond Palestina heeft de EU fouten gemaakt. Het verbreken van de relaties na het aan de macht komen van Hamas, vormde een trendbreuk met het beleid tot nog toe, dat de nadruk legde op de dialoog omdat zo meer invloed kan worden uitgeoefend. Bovendien waren het democratische verkiezingen.
De boodschap moet nu toch wel zijn, aan elke bevolking in de wereld: ‘ga naar de verkiezingen maar stem niet op diegene die je wilt…
Ja. Volgens mij werkt de Europese houding contraproductief. Voor mij was dit een fout beleid. Wat niet wegneemt dat je tegenover een regering met Hamas een kritische en assertieve houding moet aannemen.
Maar is de ‘gemeenschap van waarden’ niet een vorm van Eurocentrisme of paternalisme?
Aan de ene kant kun je zeggen, wat is de legitimiteit van Europa om overal ter wereld te gaan zeggen we vinden dat het hier zo moet gaan. Aan de andere kant als dat inhoudelijk dan neerkomt op het feit dat individuen kunnen genieten van betere levensomstandigheden en respect voor mensenrechten en democratie dan kan ik me moeilijk voorstellen dat de betrokken personen daar tegen zullen zijn. Ik heb nog nooit een individu die het slachtoffer is van zijn regime het cultuurrelativisme van de mensenrechten horen inroepen. Dus je kunt er over discussiëren. Ik denk dat ons project in sé legitiem is. Ik ben het ermee eens dat de beslissing over wat ‘global public goods’ zijn (de economische, sociale en politieke ontwikkeling), de vraag oproept van wie beslist nu wat die global public goods zijn. Dat is een politieke keuze.
Ook de invulling ervan is heel westers. Democratie wordt bijna gelijkgesteld met meerpartijenverkiezingen.
Dat is vaak in de uitvoering iets waar men te weinig aandacht voor heeft. Dat men zegt we hebben verkiezingen gehad en daarmee is de kous af, terwijl dat in werkelijkheid ook betekent dat er een hele cultuur is met vrije pers, enz. Maar ik vind niet dat democratie an sich een typische westerse waarde is, wel integendeel een universele waarde.
Binnenkort is er de NAVO-top in Riga. Kan je eens even schetsen wat de inzet is, wat de agenda is waarover men gaat bediscussiëren.
Ach, momenteel eigenlijk niets meer. Er waren aanvankelijk heel grote ambities die door de Amerikanen en think thanks zijn verspreid, bijvoorbeeld zoals door de groep rond de voormalige Spaanse premier Aznar. De thema’s zijn de Globale NAVO waarbij men allianties nastreeft met landen als Australië, Japan tot zelfs Brazilië en Israël toe. Ten tweede is er het onderwerp van meer gemeenschappelijke financiering van operaties, maar ook van ‘assets’, dus dat je zoals de AWACS (radarvliegtuigen, nvdr.) dingen koopt die in eigendom komen van de NAVO. Drie, de rol van de NAVO in het meer civiele luik, met welke civiele organisaties samenwerken, enz. Dan is er vier, de idee van de Missile Defense vanuit de NAVO.
En de uitbreiding van de NAVO speelt ook nog?
Ja, dat ook. Maar er is over die eerste vier onderwerpen al zoveel onenigheid dat er quasi niets meer van overblijft. Er zal een verklaring zijn, en het feit dat er een top is zal al op zich als een succes worden gezien, maar inhoudelijk zal er weinig nieuws te rapen vallen. Wat de uitbreiding betreft, heeft een van de grote kandidaten, Oekraïne, zelf verklaard dat ze zichzelf nog niet rijp achten.
Zeg je nu dat er over het fundamentele principe dat de NAVO een globale speler moet worden die zich militair overal kan moeien, geen consensus bestaat?
Het is genuanceerder. De NAVO is nu al een globale speler. Dat is door iedereen aanvaard in Praag in 2002. Dat staat niet meer ter discussie. Er is geen out-of-area meer, het is nu de hele wereld. Vraag is alleen wat ga je doen met welk mandaat. De VS zeggen daarover dat het daarom nuttig is om banden te smeden met andere ‘security providers’, landen die troepen kunnen bijdragen, die ook democratisch zijn. Ik was in Riga twee weken geleden op een seminarie over de top. Daar zei iemand van de conservatieve denktanks uit de VS, een ex-Pentagonmedewerker, dat ‘global partnership’ ook betekent dat de NAVO basissen moet openen in Australië, Japan enz. Dan kan je je afvragen, één, wat gaan we daar doen, twee is dat de boodschap die we willen zenden ten aanzien van China bijvoorbeeld? Je verengt eigenlijk de focus tot militaire veiligheid. Daar is aan gekoppeld dat de VS de NAVO willen behouden als het forum voor strategische dialoog. Maar niet alles zijn veiligheids- of militaire problemen. De opkomst van China is niet zozeer iets waar de NAVO zich zorgen moet over maken, maar is meer een politiek, sociaal en economisch probleem dan een veiligheidsprobleem. En dus is er niet veel animo voor global partnership.
Eigenlijk zit je met twee contradictoire zaken. De ambitie van sommige leden binnen de NAVO is een bijna soort concurrerende structuur opzetten voor de VN. Aan de andere kant zie je dat er bijna over niets meer nog overeenstemming bestaat en dat men in dat opzicht zich de vraag kan stellen, wordt de NAVO niet overbodig en moeten we niet inzetten op de VN?
Tijdens de Irakcrisis heb je o.m. op academisch niveau een debat gehad rond de stelling dat als de Veiligheidsraad in een bepaald geval geen interventiemacht mandateert, een groep van democratieën onderling dan maar het initiatief moet nemen. Dat op zich zou dan een voldoende legitimiteit zijn om een interventie te mandateren. Terwijl dat natuurlijk een zelfgeselecteerde club is die zichzelf coöpteert zonder een enkele legitimiteit. De idee van de global partnerships neigt volgens mij in die richting. We maken een clubje, we beslissen zelf wie daar in zit en gaan we de zaken regelen. Dat is heel negatief voor het VN-systeem.
Is dat de politiek is die door Washington wordt gevolgd op dit ogenblik?
Mijn indruk is dat een deel van het establishment in de VS op die lijn zit, maar ook niet iedereen. In de EU heerst er in elk geval een andere strategische opvatting over hoe de problemen moeten worden aangepakt. En dat maakt het zo moeilijk om nog een overeenstemming te vinden met de VS. Zelfs het Verenigd Koninkrijk schaart zich achter het Europese initiatief over Iran en is daarbij absoluut gekant tegen militaire interventie. Die verschillende visie is het basisprobleem van de NAVO. Nochtans heeft de NAVO zijn nut, omwille van de collectieve defensie, als een soort levensverzekering voor territoriale defensie.
Kan dat niet evengoed door Europa gedaan worden?
Europa zou dat zelf kunnen, maar het lijkt me zinvoller om dat met de VS te doen. Omdat we uiteindelijk toch veel gemeen hebben met de VS.
Maar dat is nu net misschien het probleem, als we kijken naar de politiek van Washington vandaag.
Ik spreek nu wel over de defensie van ons grondgebied. En natuurlijk, dat is misschien geen voldoende argument, maar je hebt toch ook de historische traditie. Daarnaast is er de crisismanagment voor die gevallen waar je het met iedereen eens bent dat je iets moet doen
Wie is iedereen?
De EU plus de overige NAVO-partners. Als je het toch eens bent, kan je de NAVO-structuren gebruiken. Alleen acht ik dat minder waarschijnlijk. Maar goed, de zaak werkt puur technisch gesproken.
Maar als je dan toch zegt dat de NAVO kan optreden maar alleen met een VN-mandaat, waarom steken we die energie dan niet in een soort permanente blauwhelmentroepenmacht. M.a.w. waarom werkt men met instellingen die geen breed lidmaatschap hebben.
Ideologisch heb je ergens gelijk, maar die zaak werkt ook alleen maar als iedereen dat doet, als iedereen zijn strijdkrachten zou integreren. Er zit een logica in, maar dat lijkt me absoluut onhaalbaar. Voor mij is dat een verloren strijd omdat niemand bereid is om de controle over zijn strijdkrachten aan de VN af te staan. Binnen de NAVO en de EU blijft het zwaartepunt nationaal. Iedereen bouwt nationale strijdkrachten uit en ook al produceren de NAVO of de EU veel papier over wat de lidstaten best zouden doen, uiteindelijk beslissen ze zelf en houden ze zo goed als geen rekening met die dingen. De oplossing voor mij is in EU-verband veel meer naar gepoolde activiteiten te gaan.
Maar dergelijke principes kun je toch evengoed in VN-verband realiseren. Zorgen dat er een pool is waaruit Kofi Annan en zijn opvolgers kunnen vissen.
Het is al niet heel evident binnen de EU, dus op VN-niveau lijkt me dat niet haalbaar. Uiteindelijk kan je dat maar doen binnen een groep van landen die min of meer eenzelfde visie delen. Je hebt al een zeker gemeenschappelijk buitenlands beleid nodig voordat je daarmee van start kunt gaan, maar anderzijds kan dat ook versterkend werken op het gemeenschappelijk buitenlands beleid. Op het veel hogere niveau van de VN zit je met een aantal spelers zoals China en Rusland die heel andere opvattingen hebben.
Volgens die redenering krijg je ook geen VN-mandaat en kan er dan ook niet opgetreden worden.
Klopt, maar hier zit je in de discussie die we kennen rond Kosovo. Laat ons nu aannemen dat er in Kosovo een reden was om in te grijpen. Wat doe je dan als er geen VN-mandaat is. Doe je niets of iets buiten de VN? Dat is een oneindige discussie waarop geen proper antwoord mogelijk is. Want ofwel hou je je aan de legaliteit en sneuvelen er mensen ofwel ga je buiten de legaliteit met alle gevolgen van dien. Ik vind in elk geval dat we het principe moeten spelen van de VN en slechts in heel uitzonderlijke gevallen toch zonder mandaat.
Dat is de redenering die Javier Solana, de hoge vertegenwoordiger voor het Buitenlands beleid al heeft ontwikkeld, maar dan krijg je toch risico’s op een vorm van willekeur.
Ik denk dat Kosovo uiteindelijk is gepasseerd omdat het binnen Europa was. Ik denk dat daardoor de weerslag op de diplomatieke relaties beperkt is gebleven. Een Kosovo-scenario buiten Europa zou heel wat moeilijker verlopen.
Ja, maar dat is Afghanistan of Irak toch?
Afghanistan ziet men eigenlijk als artikel 51, het recht op zelfverdediging, ook al weet ik dat dit betwistbaar is.
Vanuit de SP.a hebben we al geregeld gehoord dat als de NAVO teveel het schoothondje aan de leiband wordt van de VS, ze daarvoor bedanken. Is dat niet al zo?
De VS zijn natuurlijk een dominante partner binnen de NAVO. Er vooral vrees rond die ‘global partnership’, m.a.w. dat de NAVO geïnstrumentaliseerd wordt in functie van een Amerikaans beleid dat lang niet altijd nog de onze is, onder meer omwille van die uiteenlopende strategische visie. De VS staan heel ambigu tegenover de NAVO. Aan de ene kant gebruiken ze de NAVO om ons politiek onder controle te houden. Aan de andere kant als ze iets willen doen gaat dat buiten de NAVO om, via de ‘coalition of the willing’ zodat ze zelf de zaak goed kunnen controleren.
(Uitpers, nr. 80, 8ste jg., november 2006)