De Turkse economie bevind zich in een diepe crisis. Naast de hoge inflatie, de daling van de waarde van de Lira en de toenemende baanloosheid, moesten ook nog eens fabrieken noodgedwongen hun productie stil zetten vanwege een energietekort dat is ontstaan door het afsluiten van de gastoevoer door Iran.
De groei van de economie afgelopen twintig jaar was voornamelijk het resultaat van de instroom van goedkoop buitenlands geld. President Erdoğan kon heel goedkoop lenen. Via zijn economische beleid, dat voor een flink deel bestond uit het verstrekken van kredieten met een lage rente, konden de rijken in Turkije veel geld verdienen en nog rijker worden. De economische voorspoed creëerde ook nieuwe rijke geprivilegieerden. Waaronder De Groep, de vijf grote bv’s die ook wel sarcastisch de vijfkoppige criminele bende wordt genoemd. Die konden via allerlei opdrachten, door Erdoğan onrechtmatig toegekend, bouwen aan megaprojecten. Als gevolg daarvan werden natuurgebieden en de sociale structuren van complete communities vernietigd.
Tel daarbij op het jarenlang verspillen van kapitaal en mensenlevens aan vernietigende oorlogen en bezettingen in Syrië en Irak. Nu de Turkse economie in diepe crisis zit, heeft Erdoğan nog maar één wapen: moslimfundamentalistische propaganda. Daarmee wil hij zijn politieke leven zo lang mogelijk redden. Maar zijn populariteit is dalende. De komende verkiezingen zouden zijn laatste kunnen zijn. Hij probeert zijn ondergang met alle middelen te voorkomen, want als hij de verkiezingen verliest, zal het daar niet bij blijven, gezien de lijst van nationale en internationale criminele daden die onder zijn bewind zijn gepleegd.
De economische crisis gaat dus gepaard met een politieke crisis. De fundamentalistische propaganda was eerder een sausje bovenop de economische groei, maar dat kan hem nu niet meer helpen om de grote problemen in het land nog het hoofd te bieden. Er rest hem niets anders dan alle verzet tegen zijn bewind te onderdrukken met repressie. Helaas ontbreekt het bij de linkse oppositie aan daadkracht om het gevecht met Erdoğan aan te gaan. De sociaal-democratische CHP (Repulikeinse Volkspartij) is een typische staatspartij die niet in staat is om het groeiende anti-Erdoğan sentiment in de samenleving te kanaliseren. En radicaal-links is te versplinterd om een gezamenlijk vuist te kunnen maken. Voor de eveneens linkse pro-Koerdische HDP (Democratische Partij van de Volkeren) is de bewegingsruimte sowieso beperkt door de voortdurende staatsrepressie. En de straatprotesten die plaatsvinden worden met alle geweld onderdrukt door het leger, de politie en het rechterlijke apparaat, zoals recent weer bleek met protesten van studenten, feministen en de lhbtqia+-beweging.
Spontaan arbeidersverzet
De afgelopen week waren er veel spontane acties van arbeiders die in zeer korte tijd overwaaiden naar andere sectoren. Dat lijkt de impasse die is ontstaan te doorbreken. Met de nadruk op lijkt, want we moeten voorzichtig zijn met het trekken van harde conclusies. Een week van acties is onvoldoende om te kunnen spreken van een algehele opstand. Maar gezien de omvang van de acties op de diverse werkvloeren kunnen we inmiddels wel spreken van een opleving van de arbeidersstrijd die al een tijd afwezig was. Het is de vraag of de staat het verzet gaat proberen te breken wanneer het zich als een olievlek blijft verspreiden naar nog meer sectoren of eventueel naar meer gepolitiseerde groepen die mogelijk de straat op willen gaan tegen het regime.
Van de koeriers tot de mediasector
De huidige acties zijn geheel van onderop georganiseerd door arbeiders zelf. Ze laten een snelle groei zien en zowel de bazen als de bonden, vooral ook de linkse, hadden totaal niet gerekend op zulke spontane en felle acties die buiten hun controle plaatsvinden. Ze zijn er een beetje door lamgeslagen. Bij acties zijn dan ook totaal geen vertegenwoordigers aanwezig van de Federatie van Bonden.
De directe acties van de arbeiders zijn ook radicaler dan we gewend zijn, zoals die bij Farplas, een autobedrijf. Dat bedrijf deed er werkelijk alles aan om de arbeiders die zich wilden organiseren te weerhouden van het aansluiten bij de bond. Zo ontsloegen ze onder andere honderdvijftig arbeiders. Om het verzet te breken werden ook veel arbeiders verspreid naar andere afdelingen. Maar die verzetten zich hevig, met de vrouwen voorop. Ze eisten ter plekke een gesprek met de directie. De CEO die naar de werkplek werd gestuurd om op de arbeiders in te praten, werd uitgejouwd en weggejaagd. De arbeiders klommen op het dak van de fabriek. Tweehonderd van hen hebben de fabriek een hele nacht bezet. Uiteindelijk werden ze met bruut geweld verwijderd door de ME en de politie. De arbeiders zijn inmiddels weer vrijgelaten, sommige met ernstige fysieke verwondingen, en nu overleggen ze hoe de strijd verder te voeren, zo lezen we in de media.
Vergelijkbare taferelen zien we bij de acties van werkers van de Turkse afdeling van de BBC en bij Trendyol, een van de grootste koeriersbedrijven van het land. Het gaat om sectoren waar de bonden nauwelijks zijn georganiseerd. De lijst van werkplekken waar stakingen plaatsvinden groeit nu snel. De eisen zijn kort en krachtig: veel meer loonsverhoging dan het bod van de bazen dat nergens op slaat.
Veel bedrijven proberen misbruik te maken van de zogenaamde verhoging van het minimumloon. Erdoğan presenteerde die verhoging als een succes, maar al snel bleek dat minimumloon niets waard te zijn vanwege almaar toenemende inflatie.
Verder demonstreren arbeiders ook tegen de werkdruk. Vooral koeriers lijden daaronder. Uit de cijfers blijkt dat jaarlijks ongeveer tweehonderd koeriers om het leven komen door ongelukken die worden veroorzaakt door het hoge werktempo, de slechte uitrusting en krakkemikkige fietsen, motoren en andere vervoersmiddelen. De koeriers willen ook een einde maken aan het ZZP-koeriers systeem (Esnaf Kurye). Door dat systeem hebben ze hun arbeidsrechten en rechtsbescherming tegenover hun werkgever verloren. Verder is ook het recht om lid te worden van een vakbond voor hen een belangrijke sterke eis. Bazen proberen dat recht om zich te organiseren met alle middelen tegen te gaan. Tenslotte willen de koeriers dat het bedrijf de arbeiders die wegens de acties ontslagen zijn weer aangenomen worden.
Om een idee te geven hoe enorm het verschil is tussen de looneis van arbeiders en wat de bazen hooguit willen betalen: de arbeiders van het distributiecentrum van supermarktketen Migros, die ook nog werken voor een koppelbaas, legden woensdag (2 februari) het werk neer als protest tegen het belachelijk lage loonaanbod van de keten. Volgens de arbeiders wil Migros hun lonen met 8 procent laten stijgen, bovenop het huidige minimumloon. Maar de arbeiders zelf eisen een loonsverhoging van minstens 70 procent. Na de staking beweerde Migros dat deze cijfers niet zouden kloppen. Migros zou namelijk 39 procent netto (54 procent bruto) loonsverhoging hebben doorgevoerd. De arbeiders spreken dat tegen. Nu gonst rond dat het conflict bij Migros mogelijk over gaat slaan naar andere distributiecentra.
Vakbondsvertegenwoordiger Ali Rıza Küçükosmanoğlu zei in een interview met Gazete Duvar: “We zien vooral op werkplekken waar arbeiders nauwelijks georganiseerd zijn, waar de bond niet is georganiseerd, spontane acties. Het laat de zwakte van de bond zien die we bij eerdere acties ook hebben ervaren. Ik verwacht dat het uitbreiden van acties naar andere sectoren nog een tijdje zal doorgaan, gezien het huidige beleid dat armoede en ongelijkheid veroorzaakt nog zal toenemen. Arbeiders gaan zich daar tegen verzetten.”
Verder zei Küçükosmanoğlu: “Arbeiders maken zich zorgen over de steeds verdere afname van hun koopkracht. Ze voelen zich machteloos omdat ze niet zijn georganiseerd. Maar nu zien ze hoeveel kracht ze hebben als ze bij elkaar komen en zich organiseren. Het is bizar om te zien hoe allerlei partijen, van rechts tot links, met de arbeiders solidair willen zijn, terwijl de vertegenwoordigers van Federatie van Bonden wegblijven.”
Slogans
“Kijk eens, de arbeiders roepen onze leuzen”, schreef een bekende activiste uit feministische hoek op Twitter. Ze riepen namelijk: “De wereld zal op haar grondvesten schudden als arbeiders een eenheid vormen”, een variatie op de feministische slogan waarbij het oorspronkelijke “vrouwen” door “arbeiders” was vervangen. Voorlopig schudt de wereld, oftewel het kapitalisme, niet op haar grondvesten. Die tijd zal ooit nog komen. Wat wel schudt op haar grondvesten is de macht van Erdoğan. Waartoe de oppositie niet bij machte bleek te zijn – hem omver te werpen -, dat zullen de arbeiders nu kunnen doen. En zoals het er nu naar uitziet, hebben ze haast. Het water staat hen tot aan de lippen. Wie weet, misschien willen ze niet wachten tot de verkiezingen van volgend jaar.
Dit artikel verscheen eerder op de Nederlandse website doorbraak.eu