De beweging van arme mensen in de Verenigde Staten vecht voor de verwezenlijking van hun sociaaleconomische rechten: huisvesting, gezondheidszorg, water, degelijk betaalde banen, en toegang tot lager, middelbaar en hoger onderwijs.
De beweging verenigt blanken en zwarten, vaders, moeders, kinderen, grootouders, werklozen, werkende armen, daklozen, zij die hun werk hebben verloren door de vrijhandelsakkoorden zoals NAFTA, sociale werkers, kerkleiders, vakbondsmensen, kunstenaars, juristen, jongeren en ouderen, plattelandsbewoners en stedelingen.
Het is de bedoeling om arme mensen te verenigen in een beweging tegen de armoede en te vechten voor de verwezenlijking van artikelen 23, 25 en 26 van de Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens. Deze verklaring werd door de VS ondertekend in 1948. Echter, de VS hebben nooit het Internationaal Pakt voor Economische, Sociale en Culturele rechten geratificeerd. De verwezenlijking van deze rechten zou een geheel andere VS doen ontstaan.
De beweging werd gesticht in 1998, op de ‘Poor People’s Summit’ en beroept zich op de erfenis van Fannie Lou Hammer, Harriet Tubman, Fredrick Douglas, Gandhi, Malmcom X en Martin Luther King.
Wanneer zij spreken over ‘de armen’ hebben ze het niet enkel over zij die officieel onder de armoedegrens leven, maar over al diegenen die dagelijks moeten kiezen: tussen eten of geneesmiddelen, tussen huisvesting of gezondheid, tussen verwarming of water. ‘Meer keuzemogelijkheden’ wordt door sommigen voorgesteld als een bewijs van ‘ontwikkeling’, maar voor deze mensen is het een harde dagdagelijkse werkelijkheid die aangeeft dat die ontwikkeling helemaal niet is wat ze nodig hebben. Het is de diaspora van Katrina en het zijn de duizenden arbeiders die hun baan met de crisis hebben verloren. Het zijn de 46 miljoen Amerikaanse burgers die geen ziekteverzekering hebben en de talrijke miljoenen die er formeel gezien wel één hebben maar nooit worden vergoed wanneer ze ernstig ziek zijn.
De vereniging organiseert betogingen en ‘directe acties’, politieke educatie en cultureel werk. In beslag genomen huizen worden gekraakt. Tijdens elke presidentsverkiezing laat de vereniging luidkeels van zich horen.
Vorige maand was Jennifer Cox in Brussel. Zij is een activiste die ook altijd aanwezig is op de Wereld Sociale Fora en in juni 2010 mee het VS Sociaal Forum in Detroit organiseert. De PPEHRC zal met een mars van New Orleans (Katrina) naar Detroit trekken.
Kan U ons iets meer vertellen over de PPEHCR?
Wel, zoals gesteld werken we vooral rond een aantal sociaaleconomische rechten, het recht op onderwijs, op gezondheidszorg, op werk, op water, enz. We zijn nu met zo’n 125 organisaties. Dat zijn de slachtoffers van Katrina (een orkaan die in 2005 de VS teisterde, nvdr), mensen uit de armste delen van het land, mensen wiens huis in beslag werd genomen in Minnesota, vrouwen wiens kinderen werden geplaatst omdat ze te arm zijn, mensen in Detroit bij wie het water werd afgesloten, mensen in Californië en Florida die dakloos zijn en nu in tentenkampen wonen. Velen van hen zijn ‘nieuwe armen’ als gevolg van de crisis.
In de VS wordt de situatie elke dag moeilijker. Er is een hoge werkloosheid, tot 15 % gemiddeld. Maar in sommige regio’s of gemeenschappen kan de werkloosheid oplopen tot 50 of zelfs tot 90 %, nu zeker met de crisis. Vooral in Detroit is de situatie schrijnend. Duizenden mensen hebben geen water, geen warm water of verwarming. Dat gebeurt in zowat het hele land. Elke winter vallen er doden door branden omdat mensen proberen een vuurtje te stoken in hun huis of mobilhome. Mensen hebben geen andere mogelijkheid.
Vele kinderen worden geplaatst in tehuizen of bij andere gezinnen, omdat hun ouders te arm zijn. Maar vaak worden die kinderen misbruikt. Er zijn ook al kinderen gedood door hun opvanggezinnen. Sommige kinderen komen in de seksindustrie terecht. De meesten hebben zeer grote problemen.
Bijna 5 jaar na Katrina zijn heel veel mensen nog steeds niet naar hun huizen kunnen terugkeren. Ze wonen in trailers, sommigen ver weg, en hun woonomstandigheid zijn soms ronduit gevaarlijk. Soms zijn ze het slachtoffer van allerhande chemische stoffen die er in aanwezig zijn.
Meestal wordt er over New Orleans gesproken, maar het zwaarste van de storm kwam door Mississippi. Dat is de regio waar men grote resorts voor toerisme wil gaan bouwen. Zwarten en blanken vechten nu om hun gemeenschap te bewaren. Een sergeant die net terug was uit Irak is door de mensen gekozen om hen te helpen; ze hebben vertrouwen omdat hij een uniform draagt. En hij is nu een van de belangrijkste leiders van die gemeenschap. En dat is echt een teken des tijds. Mensen die aan de linkerzijde staan, worden nu zowat verplicht om actief te worden in sociale bewegingen.
Er zijn in heel wat steden echte sloppenwijken aan het ontstaan, overal in het land, maar vooral in Californië en Florida. Mensen wonen in ‘shacks’ en tenten of zelfs in auto’s. Er is ontzettend veel dakloosheid. En dat terwijl huizen gewoon worden afgebroken of leeg staan. Miljoenen huizen zijn het afgelopen jaar in beslag genomen. Vóór de crisis hadden de steden ook al daklozen, zoals in Philadelphia. Maar nu zijn er hele buurten waar de huizen in beslag zijn genomen, mensen werden verdreven. Men zei toen dat leegstaande huizen gevaarlijk konden zijn, omdat ze niet langer werden onderhouden. De leegstaande huizen zouden natuurlijk ook aan de daklozen kunnen gegeven worden, maar dat wil men niet. Dat is echt belachelijk.
Vier miljoen mensen hebben hun baan en dus ook hun ziekteverzekering verloren. Er zijn miljoenen mensen zonder enige verzekering, maar nog veel miljoenen meer die wel verzekerd zijn maar op het ogenblik dat ze ziek worden moeten vaststellen, dat hun verzekeringsmaatschappij hen niet zal vergoeden. Daarnaast zijn miljoenen mensen in failliete bedrijven ook hun pensioen kwijt.
Deze armoede lijkt vooral op ‘nieuwe armoede’?
Er is nu een hele klasse van nieuwe armen, niet de historische armen, maar middenklassen die door het economische systeem zijn uitgesloten. Vroeger waren het zwarten en migranten die arm waren. Nu zijn het fabrieksarbeiders die het vroeger vrij goed hadden, dank zij het sociaal contract van de jaren ’50 en ’60.
Zelfs vrije beroepen hebben het moeilijk. Sommigen moeten zich aansluiten bij de armen. De verwerkende industrie en later ook de dienstensector hebben zeer zware klappen gekregen. Dat betekent dat veel arbeiders die tot de middenklasse waren gaan behoren nu opnieuw arm zijn. De ‘American dream’ is voorbij. De armoede is echt zeer groot in de VS. En dat betekent dat meer en meer mensen zich met illegale praktijken gaan bezig houden, zoals drugshandel of de seksindustrie. Of ze gaan naar het leger of werken in de gevangenissen.
Als in een gemeenschap de economische basis wegvalt, verdwijnt de gemeenschap en de sociale cohesie.
Mijnwerkers en fabrieksarbeiders waren middenklasse geworden, dat was eerste groep die arm werd, doordat ze het vrijhandelsakkoord met Mexico en Canada hun baan verloren.
Wat doet de overheid voor deze mensen?
Vroeger hadden we een soort sociale bescherming. Je kon voedselcheques krijgen en je kon gratis naar de dokter. Dat was weliswaar vooral voor alleenstaanden, vaders en moeders met kinderen. Het is altijd zeer ontoereikend geweest, maar het was iets. Mensen werden wel verplicht hun partners te ‘verbergen’, want anders verloren ze hun weinige voordelen. In de jaren ’80 en later onder Clinton is dat allemaal afgebouwd. Er zijn nu tijdslimieten ingebouwd. Je kan bv. één tot vijf jaar op een hele loopbaan werkloosheidsuitkering krijgen. De deelstaten mogen zelf beslissen over de periode. Als je weet dat alle begrotingen onder druk staan, besef je ook dat er weinig over blijft voor de armen. En is die limiet bereikt, dan krijg je niets meer. Kinderen die al ‘welfare’ krijgen verminderen hun kansen op uitkeringen als ze volwassen zijn. Je moet dan eerder welk werk, in de slechtste omstandigheden aanvaarden.
Het is maar een klein gedeelte van de werklozen die echt nog uitkeringen krijgen. In Detroit werd onlangs bekend gemaakt dat er steun zou worden gegeven voor huisvesting, maar het aantal kandidaten was een veelvoud van wat er zou gegeven worden.
En dat terwijl automobielfabrieken en banken wel worden gered door de regering.
Is er geen verzet tegen deze schrijnende toestanden?
Jawel, meer en meer. En juist dat proberen we te organiseren. Sommige mensen vechten de inbeslagname van hun huis aan. Zo zijn er een vijftal families die ongeveer nationale helden zijn geworden. Juist omdat het mensen zijn die nog wel werk hebben, onderwijzers en sociale werkers, middenklasse dus met voltijdse banen. Maar toch verliezen ze hun huis, gaan ze bankroet. Dat gebeurt zowat overal.
Detroit is de stad waar het volgende US Social Forum zal gehouden worden in 2010. Detroit was de basis van de automobielindustrie, de basis van het industriële kapitalisme. Die hele economie en dus de hele stedelijke gemeenschap is verdwenen. Detroit heeft de hoogste werkloosheid van het hele land. De mensen hebben geen perspectief en geen toekomst meer.
Er zijn vergelijkbare situaties in Michigan, het centrum van de harde industrie en de rust belt, ook in Virginia, Appalachia, Pennsylvania, Ohio, waar de mijnen en de staalsector actief waren. Je mag niet vergeten dat er lang geleden een strijd was tussen de boeren en de mijnbouw. Kleine boeren werden verdreven van hun land en later verplicht om in de mijnen te werken. Er waren erg veel ongevallen en mensen stierven jong aan allerhande ziektes. Toen gingen de mijnen dicht en kwam er een textielindustrie. Maar ook die is nu aan het verdwijnen. De mensen hebben niets meer. Het kapitalisme heeft alles vernietigd. Er is ontzettend veel vervuiling. Mensen worden ziek. En men kan rustig stellen dat de VS zich aan het desindustrialiseren zijn.
Het enige wat de mensen nu nog hebben is hoop op een baan in het leger of in de gevangenissen. Dat zijn de mensen die vechten in Irak en in Afghanistan. Tieners die hopen op die manier naar de universiteit te kunnen. Jonge vaders en moeders die voor hun kinderen willen kunnen zorgen. Het is een vrijwilligersleger.
Betekent de verkiezing van Obama iets voor deze nieuwe groep van armen?
De Verkiezing van Obama is een combinatie van wanhoop en echte hoop. Zonder de crisis was hij wellicht nooit verkozen. Er was echte hoop dat er economisch iets zou veranderen. Iets zou toch moeten kunnen verbeteren. Maar de linkerzijde is nu wat cynisch geworden, de verwachtingen waren veel te groot. Uiteraard is het nu beter dan onder Bush of met McCain, maar dat is niet moeilijk. Er zijn kleine veranderingen in het binnen- en in het buitenlandse beleid, er is een andere benadering van de hele wereldscène. Maar Obama is natuurlijk geen revolutionair, hij maakt deel uit van dezelfde machtsblokken. Hij is ook maar één individu in een sterk machtsblok. Er zijn enkele bescheiden hervormingspogingen. Niemand wil terug naar vroeger. Maar zijn verkiezing heeft wel een deel van de beweging en vooral de anti-oorlogsbeweging gedemobiliseerd. Grosso modo is de linkerzijde vandaag verzwakt. Er zijn weliswaar ook nieuwe mensen tot het activisme gekomen, maar dat compenseert het verlies nog niet. En de vraag is of er iets van zijn hervormingen zal lukken. Er zijn kleine potentiële veranderingen in het Irak-beleid, maar dat is zeer beperkt. De situatie is dus echt heel moeilijk.
Kijk naar het debat over het gezondheidsbeleid. Obama heeft gekozen voor een soort derde weg, maar wordt nu door links én door rechts aangevallen. Een echte doorbraak zal het zeker niet worden.
(Uitpers nr. 115, 11de jg., december 2009)