Deze zomer kondigde de Amerikaanse regering bij monde van haar minister van Buitenlandse Zaken, Condoleezza Rice en minister van Defensie, Robert Gates, een immens militair hulppakket aan voor een reeks landen in het Midden-Oosten ter waarde van om en bij de 63 miljard dollar de komende tien jaar.
Israël krijgt 30 miljard, Egypte 13 miljard en Saoedi-Arabië en andere staten uit de Golf krijgen 20 miljard dollar. Het Amerikaans Congres moet nog zijn goedkeuring hechten aan het pakket, maar daar is alvast veel kritiek geuit op de wapenleveringen aan Saoedi-Arabië. Dat land wordt ervan beschuldigd een dubieuze rol te spelen in Irak en wordt met de vinger gewezen omwille van de rol die het Saoedische koningshuis speelde bij de totstandkoming van het ‘Mekka-akkoord’ (overeenkomst tussen Hamas en Fatah). De controverse over de wapendeal was compleet nadat een officieel rapport van het Amerikaans Congres openbaarde dat meer dan de helft van de aan Irak geleverde wapens en uitrusting is verdwenen, minstens gedeeltelijk naar het verzet.
Washington verheelt niet dat de wapenleveringen gericht zijn tegen Iran. Tijdens de ondertekening van het akkoord over de wapens met Israël, zei de onderminister van Buitenlandse Zaken, Nicholas Burns dat hij begrijpt dat Israël in een gevaarlijke regio leeft, waar “Iran heropleeft, een nucleaire capaciteit ontwikkelt en zijn conventionele macht aan het uitbouwen is”. De Washington Post spreekt al over een nieuw ‘Groen Gordijn’ (naar analogie van het IJzeren Gordijn) omdat het militaire hulppakket een nieuwe wapenwedloop zal doen losbarsten en Iran ertoe zal verplichten het eigen defensiebudget fors op te krikken. Landen als China en Rusland staan al klaar. Zo raakte wellicht niet toevallig op hetzelfde ogenblik bekend dat Rusland 250 Sukhoi langeafstandsgevechtsvliegtuigen en 20 brandstofvliegtuigen aan Iran gaat leveren.
De Israëlische premier Olmert van zijn kant had eerder al zijn ongerustheid geuit over de grote hoeveelheid wapens richting Saoedi-Arabië, maar was blijkbaar vlug gerustgesteld toen het antwoord luidde dat zijn land kon rekenen op nagenoeg de helft van het totale hulppakket. Israël kan al jaren rekenen op een vast pakket financiële steun uit de VS, maar dat was dan volgens een verdeelsleutel die de jongste jaren bestond uit ongeveer 2,4 miljard dollar militaire en 600 miljoen economische steun jaarlijkse. Het nieuwe hulppakket trekt de jaarlijkse militaire steun tot 3 miljard dollar op (een stijging met 25 procent), goed voor 20 procent van het Israëlische defensiebudget of 4.286 dollar per hoofd van de bevolking. Het Congres is deze steun zeker genegen, want als er al een zaak is waar republikeinen en democraten elkaar kunnen vinden is het Israël. Deze zomer trokken 40 Amerikaanse parlementsleden van beide partijen naar Israël, onder wie de leider van de democratische meerderheid in het Huis van Afgevaardigden, Steny Hoyer, die stelde dat Israël onze “belangrijkste bondgenoot en vriend” is. Die pro-Israëlische opstelling bleek al eind vorig jaar, toen het Congres het voorgestelde regeringsbudget voor het Israëlische rakettendefensiesysteem zomaar verdubbelde.
Aan het eind van zijn eerste ambtstermijn (in 2004) kwam president Bush met een ambitieus plan voor de proppen – het ‘Groter Midden-Oosten-Initiatief’ – dat de hele regio van ‘Marokko tot Afghanistan’ op het pad van de democratie en de vrijheid moest helpen, gekoppeld aan economische hervormingen en meer stabiliteit en veiligheid. Irak was het land dat tot voorbeeld zou moeten dienen, zo klonk het mooi, waarna vrede en democratie ook in de rest van de regio hun inplanting zouden krijgen. Het aangekondigde militaire hulppakket betekent de doodsteek van deze ‘democratie’ agenda, die nooit meer is geweest dan mooie woorden op papier. Bij de voorstelling van de militaire steun aan de Amerikaanse bondgenoten zei Condoleezza Rice onomwonden dat “de VS werken met deze staten om de gematigde en hervormingsgezinde krachten een kans te geven”. Wat op zijn minst eigenaardig klinkt over een autocratisch Saoedisch koningshuis dat aanhanger is van een de meest conservatieve interpretaties van de relatie Islam en maatschappij en waar de rechten van de vrouw zo goed als nihil zijn. Of Egypte, waar president Hosni Moebarak zijn belangrijkste opposanten laat opsluiten en al jarenlang regeert op basis van uitzonderingswetten. En Israël dat vorig jaar een bloedige oorlog ontketende tegen Libanon en de Palestijnse gebieden bezet houdt, er het oorlogsrecht met de voeten treedt terwijl het non-stop illegale nederzettingen bouwt en de Palestijnse economie wurgt.
De hele zaak is goed nieuws voor de Amerikaanse defensie-industrie, want die staat grotendeels in voor het leveren van de militaire ‘hulp’goederen.
(Uitpers, nr 89, 9de jg., september 2007)