Als je verneemt dat je broer aansluit bij Sharia4Belgium, er zelfs de leider van wordt, nadien naar Syrië trekt, er lid wordt van Islamitische Staat (IS), er niet voor terugschrikt om te moorden, in Syrië overlijdt en in België wordt veroordeeld, ja dan krijg je wel een slag en meerdere slagen op het hart. Vandaar de titel van het boek van Mohamed Amin Chaib: ‘Aanslag op het hart’. Hierin beschrijft hij de toenemende verdwazing van zijn broer Hicham en de ellende die Hicham zijn familie bezorgt. Spijtig genoeg gaat de auteur onvoldoende na of de godsdienst, in dit geval de islam, niet de bron is van al die rampspoed.
Mohamed Amin Chaib, islamdeskundige, docent aan de Karel de Grote Hogeschool en voorzitter van het educatief jeugdcentrum De Palmboom, beschrijft uitvoerig het ‘excessieve ontsporingsproces’ van zijn ouder broer Hicham (1981). Beiden maken deel uit van een gezin van elf kinderen dat aan de grens tussen Borgerhout en Antwerpen-Noord woont. Hichams jeugd mag vrij wispelturig worden genoemd. Hij verandert driemaal van middelbare school en verlaat de school zonder diploma. Als tiener geniet hij volop van het leven, vele nachtelijke uitstappen inbegrepen die zijn vader woedend maken. Maar als de oudste broer naar Turnhout verhuist voelt Hicham zich verantwoordelijk tegenover de jongere broers en zussen.
Hoewel hij tegenover de buitenwereld een zelfbewuste indruk maakt, loopt hij met veel twijfels rond. Na de bedevaart van zijn broer Fahd naar Mekka gaat hij zich meer op het geloof toeleggen. Hij wordt een regelmatige moskeebezoeker en kleedt zich in de traditionele djellaba’s en abaja’s. Zijn ouders vinden dat opperbest en zijn blind voor zijn ‘excessieve ontsporingsproces’, zoals zijn broer Mohamed het noemt. Sollicitaties om een job te vinden draaien meestal op niets uit vanwege zijn naam, zijn traditioneel voorkomen en lange baard.
Hicham volgt het nationale en internationale gebeuren op de voet en kleeft het ‘wij-zij-denken’ aan. De onderdrukking van de Palestijnen, de Amerikaanse gevangenis van Guantanamo, de inval van de Verenigde Staten en bondgenoten in Irak overtuigen hem ervan dat er een heksenjacht tegen de moslims is begonnen. In eigen land komen daar de opmars van het Vlaams Blok (nu Vlaams Belang), het migratiedebat, de moord op de Antwerpse islamleraar Mohamed Achrak, de debatten over de hoofddoek en het onverdoofd slachten nog eens bij.
Naar Syrië
In 2009 huwt Hicham met de Mechelse Kaoutar. Tijdens zijn huwelijksfeest ontmoet hij Faoud Belkacem, de leider van Sharie4Belgium. Hicham wordt een actief lid van die organisatie en neemt deel aan betogingen. In 2011 gaat hij met zijn vader naar Mekka. Nadien luistert hij op YouTube naar de toespraken van onder meer Anwar al-Awlaki (Al Qaida). Hicham begint zich verheven te voelen boven de andere moslims, de imams en de geestelijken. Dat gaat zo ver dat hij zich druk maakt over de zijns inziens te korte baard van een Borgerhoutse imam. Nadat Faoud Belkacem in 2012 wordt aangehouden en veroordeeld, neemt Hicham de leiding van Sharia4Belgium over. Datzelfde jaar zit Hicham een maand in de gevangenis op beschuldiging een betoging in Borgerhout te hebben georganiseerd.
In maart 2013 laat Hichams vrouw de familie Chaib weten dat Hicham naar Syrië is vertrokken. Hichams vader stort volledig in. Als de oorlog in Syrië escaleert wordt Hicham lid van ISIS, later IS (Islamitische Staat). Hij is te zien op propagandavideo’s van IS. Na de aanslagen in Parijs van 2015 zingt hij op Facebook de lof van IS. In het Syrische Raqqa loopt hij rond met een afgehakte hand rond zijn nek. Op een Arabische nieuwszender juicht Hicham de aanslagen van maart 2016 in Zaventem en Brussel toe. Gekleed in legeruniform grijpt hij op televisie naar een wapen, richt het op een gevangene en haalt de trekker over. In 2015 wordt Hicham in België tijdens het Sharia4Belgiumproces bij verstek tot vijftien jaar celstraf veroordeeld. In augustus 2018 laat Hichams vrouw, die hem naar Syrië is gevolgd, de familie Chaib weten dat Hicham overleden is tijdens een droneaanval. In oktober 2021 wordt Hicham door een Belgisch Hof van Assisen bij verstek tot levenslange opsluiting veroordeeld wegens de terroristische moord.
‘En dit is de islam?’
Tijdens de lezing van dit boek rijst bij menig lezer ongetwijfeld de vraag wanneer een of andere moslim aan het woord komt om te zeggen dat dit alles niet ‘de echte islam’ is. En inderdaad, na de aanslagen van maart 2016 in Zaventem en Brussel roept Hichams moeder het uit: ‘En dit is de islam?!’, waarop haar man het klassieke antwoord geeft: ‘Maar deze mensen hebben niks met de islam te maken!’ Het doet denken aan de manier waarop van officiële zijde wordt gepoogd de talloze misdaden van de christenen en meer bepaald van de rooms-katholieke kerk goed te praten. De eerste christenen trokken immers als bendes door Europa, waarbij ze roofden en moordden en alle tempels en klassieke beelden op hun weg vernielden. Daarna kwamen de kruistochten, de brandstapels, de inquisitie, het politieke machtsmisbruik, de steun aan antidemocratische regimes, de miskenning van de vrouw, de morele onderdrukking enz. Telkens wordt van officiële zijde gezegd: ‘Dat is niet het echte christendom’ of ‘Dat is niet de echte kerk’. Ook Hicham spoorde de moslims aan om ‘de juiste islam’ te volgen. Toch weigerde zijn moeder hem op het einde van zijn leven nog te spreken. Ook bij haar was de veer uiteindelijk gebroken, zoals haar zoon Mohamed Amin schrijft.
De reactie van de auteur op het hele gebeuren met zijn broer is veelzeggend. In plaats van zich van de islam te distantiëren, schrijft hij dat hij zich meer en meer in de islamitische theologie zal verdiepen. Maar wat leert die theologie? Om het plegen van aanslagen te verantwoorden citeert Hicham op een bepaald ogenblik een vers uit de Koran: ‘En trek gezamenlijk ten strijde tegen de veelgodenaanbidders, zoals zij gezamenlijk tegen jullie strijden. En weet dat Allah met de godvruchtigen is’ (9:36) Waarop zijn broer Mohamed met een ander Koranvers de bal terugspeelt: ‘Allah verbiedt jullie niet om degenen die jullie niet bestrijden in de godsdienst en jullie niet uit jullie huizen verdrijven, goed en rechtvaardig te behandelen (60:8). Zo is nog maar eens aangetoond dat op grond van de Koran en ook van de Bijbel alles en het tegendeel ervan kan worden beweerd. De auteur pleit voor redelijkheid. Zou het dan ook niet wijs zijn voor de rede te kiezen, zoals Spinoza het aanraadde? Nadat die zowel met het joodse als met het christelijke geloof had gebroken, schreef hij dat ons verstand ons duidelijk maakt hoe we moeten leven: rechtvaardig en liefdevol.
Piet Lambrechts