Edi Rama rekent erop komen de zondag voor de vierde keer met zijn Socialistische Partij de parlementsverkiezingen te winnen en meteen voor de vierde keer premier van Albanië te worden. Hij hoopt zijn land kort daarop, in 2030, in de Europese Unie te kunnen loodsen.
Rama brak in 2013 de greep van Sali Berisha, deze keer alweer zijn tegenstrever, op de Albanese politiek. Berisha was na het einde van de communistische periode eerst jarenlang president geweest (1992-1997) en nadien (2005-2013) premier aan het hoofd van zijn rechtse Democratische Partij.
De tegenstrever, de Socialistische Partij dus, was als opvolgster van de Albanese Partij van de Arbeid van wijlen Enver Hoxha voor sommigen nog teveel besmet door Hoxha’s nationaal-stalinisme. Maar dat is nu voor de meeste Albanezen lang vergeten tijd. Hoxha had zijn land bijna hermetisch van de buitenwereld afgesloten. Er was eerst de breuk met buurland Joegoslavië van “revisionist” Tito, gevolgd door de breuk met Moskou en later met Peking.
Diaspora
Albanië bleef als enige baken over, tot ook Hoxha’s erfenis implodeerde en massa’s Albanezen in het begin van de jaren 1990 het Kanaal van Otranto overstaken met de kreet “America America”. De voorbije jaren waren de Albanezen vaak de hoofdmoot onder de vaarders die het Kanaal van Frankrijk naar Engeland overstaken. Met als resultaat dat er nu evenveel Albanezen buiten als in Albanië wonen.
Het Albanese parlement heeft vorig jaar onder druk van de diaspora zelf, de verkiezingen opengetrokken: de Albanezen kunnen vanuit het buitenland vanop afstand meedoen aan de verkiezingen. Volgens het ministerie van Binnenlandse Zaken hebben nu 3,7 miljoen van de 4,6 miljoen Albanezen stemrecht. Maar in Albanië zelf wonen er slechts 2,4 miljoen mensen. De grote vraag is dus nu hoeveel Albanezen uit de diaspora zullen meedoen en voor wie ze zullen stemmen. Rama of Berisha.
Rama
Peilingen geven de SP van Rama voorsprong. Maar peilingen zijn met die onbekende factor – hoe stemmen de diaspora – dan ook niet erg betrouwbaar. Rama rekent erop dat voldoende kiezers tevreden zijn, er is ondanks de emigratie toch wel groei, er wordt gewerkt aan betere diensten en de hoofdstad Tirana oogt dynamisch. Er is wel de grootste discretie over vermoedens dat sommige bouwprojecten te maken hebben met witwasgeld uit de georganiseerde misdaad.
Voor premier Rama heeft geld hoe dan ook geen geur. Met de Italiaanse uiterst-rechtse premier Giorgia Meloni sloot hij onder veel media-aandacht een akkoord om asielzoekers uit Italië in Albanese detentiecentra op te vangen. Van 41 in april gestuurde asielzoekers zijn er volgens de Italiaanse oppositie 16 verdwenen…
De Albanese regering gaf onlangs haar fiat aan het bedrijf van Jared Kushner, schoonzoon van Donald Trump, om voor 1,4 miljard euro een resort uit te bouwen voor zo’n 20 à 30.000 toeristen. De uitverkoren plek is Sazan, een eilandje voor de vlekkeloze kust van Zuid-Albanië.
Dus geen vragen rond het geld voor projecten in Tirana. Rama had zijn zege in 2013 te danken aan zijn beleid in de hoofdstad – de huidige burgemeester, partijgenoot Erion Veliaj – is in februari opgepakt wegens corruptie. Hij werd tot dan beschouwd als de waarschijnlijke politieke erfgenaam van Rama.
Het toont meteen wel aan dat er van strijd tegen corruptie werk wordt gemaakt. Met mate. De twee grote partijen hadden beide toegezegd voor de verkiezingen geen kandidaten voor te dragen tegen wie een onderzoek voor corruptie loopt. Ze hebben zich daar niet aan gehouden.
Berisha
Op kop van mogelijke corrupte politici Sali Berisha, oud-president, oud-premier en leider van de Democratische Partij. Hij mag de VS en het VK niet binnen wegens “betrokkenheid bij omvangrijke corruptie” en wegens banden met maffiagroepen. In september 2021 was hij zelfs uit de parlementsfractie van zijn partij gezet. Daarop startte hij een campagne tegen de leiders van de DP en trok aan het langste eind. Eind 2023 werd hij wegens corruptie wel onder huisarrest geplaatst, wat duurde tot november vorig jaar.
Berisha, 79, staat nu weer aan het hoofd van zijn DP. Vorige week hield hij een toespraak tot het EVP-congres in Valencia dat hem toejuichte. Geef mij honderd dagen, roept Berisha op Trumpiaanse wijze, en ik keer het land om. Ik zal beletten dat het verder leegloopt.
Berisha en zijn partij moeten het vooral hebben van kiezers in het meer conservatieve noorden waar de clanstructuren ondanks meer dan 40 jaar stalinisme overeind zijn gebleven. Rama en zijn SP staan sterker in Tirana en het zuiden. Maar wie sterkst staat in de diaspora, en dat kan de doorslag geven, zullen we pas na 11 mei weten.