Er is druk diplomatiek overleg vanuit Washington voor een nieuwe oorlog tegen Saddam Hoessein. De Iraakse oppositie en de Koerden worden nu warm gemaakt voor een rol in die oorlog. In bepaalde kringen spreekt men al van een Afghanistan-scenario, waarmee verwezen wordt naar de rol van de Noordelijke Alliantie.
In het Midden-Oosten zijn er nog weinig zekerheden. Na de beruchte speech van Bush over de ‘axis of evil’, lijkt het erop dat we binnenkort het tweede deel van de ‘oorlog tegen het terrorisme’ kunnen verwachten. Vice-president Dick Cheney werd op pad gestuurd om bij de Arabische leiders te gaan pleiten voor een nieuwe oorlog tegen Irak, maar hij kwam van een kale reis terug. De invasie van Sharons leger in de Palestijnse steden en vluchtelingenkampen en de felle protesten daartegen bij de Arabische bevolking maakt dat de VS en zijn Britse bondgenoot hun plannen even zullen moeten opbergen. Bovendien liet het regime in Ankara, om heel andere redenen, verstaan dat het een ‘diplomatieke oplossing’ van de kwestie Irak voorstaat. Turkije, dat in de Golfoorlog nog actief steun heeft verleend aan de westerse oorlogscampagne tegen Irak, is als de dood dat een nieuwe oorlog tegen Saddam Hoessein de Koerdische onafhankelijkheidsdroom nieuw leven zou inblazen.
Hier en daar duiken inderdaad berichten op dat de VS op zijn minst een Afghanistan-scenario als een mogelijke optie openhouden. Begin april trok een hoge VS-regeringsdelegatie naar Iraaks Koerdistan en sprak er met de leiding van de PUK (Patriottische Unie van Koerdistan) en de KDP (Koerdische Democratische Partij). De officiële boodschap luidde dat de VS hun engagement wilden herbevestigen voor de veiligheid (de No-fly-zone) en humanitaire ondersteuning van de Koerdische bevolking. Tijdens een eerder bezoek in december had het delegatiehoofd, Ryan Crocker, een hoge verantwoordelijke van het VS-departement voor het Midden-Oosten, al laten verstaan dat hij overtuigd was van het engagement van de KDP en PUK om het door de VS bemiddelde ‘vredesplan’ tussen beide fracties te ondersteunen, maar ook dat ze het terrorisme zouden helpen bestrijden en de ‘Iraakse territoriale integriteit’ zouden bewaren in een ‘democratisch, pluralistisch en federaal Irak’. Maar ongetwijfeld is achter de schermen ook gepeild naar de wil en de daadkracht van de PUK en de KDP om binnen een alliantie van oppositiepartijen het Iraaks regime te bestrijden. En dat is dan het Afghanistan-scenario. Een bommencampagne moet het regime eerst murw maken waarna de Iraakse oppositie en de Koerden in één grote alliantie beginnen met het overnemen van de macht. Bij de Koerdische partijen valt zo’n scenario wonderwel niet in dovemansoren. "Amerika is de beste vriend van het Koerdische volk om ons te helpen bij onze autonomie en om onze stem te laten weerklinken in Bagdad", aldus Sjeik Jafar Mustapha, een hoge commandant van de PUK.1 "Als de VS Saddam aanvallen…dan kunnen we de VS helpen met het behalen van het succes in dit gevecht", aldus Mustapha. En KDP-leider Barzani zei: "We kunnen Afghanistan misschien niet kopiëren, maar er wel van profiteren. De belangrijkste les die we uit Kabul kunnen trekken is dat minderheidsgroepen "de volledige controle over de situatie kregen en eigenaars werden van de zaak." Ook Koerden "zullen nu focussen op het feit dat eerst de Iraakse problemen moeten worden opgelost."
Voor de Koerden verloopt de weg naar een eigen toekomst via een oplossing in Bagdad. "Als we veiligheid willen in (de Koerdische stad) Erbil, dan heb ik een krachtige stem nodig in Bagdad", aldus Barham Salih, eerste minister van het PUK-territorium. "Voor de eerste keer in onze geschiedenis hebben we een echte kans voor de creatie van een nieuw Irak." Een stelling die kan kloppen. Probleem zou wel eens kunnen zijn dat er opnieuw stevig op de VS wordt gerekend.
Slecht geheugen
Inderdaad, soms lijkt het geheugen bepaalde Koerdische leiders in de steek te laten. Je zou kunnen zeggen dat de ervaringen tijdens de Golfoorlog hen ervoor had moeten behoeden om zich nog eens aan dezelfde steen te stoten. De VS hebben zich daar immers een weinig betrouwbare ‘vriend’ getoond. Toen op aanstichten van de VS, de Shi’ieten in het zuiden en de Koerden in het noorden in opstand kwamen, keken de VS plots een tijdlang de andere kant uit. Iraakse troepen sloegen hard terug. De houding van de VS toen had te maken met het feit dat men wel graag een regimewissel wilde, maar niet dat Irak uiteen zou vallen. Dat zou de Amerikaanse belangen immers niet dienen. Dat is ook vandaag niet anders. De passieve of actieve steun die de VS aan de Koerden in Zuid-Koerdistan verlenen en de diplomatieke activiteiten –zoals de actieve bemiddeling tussen PUK en KDP – die de VS er ontplooien, hebben in de grond weinig of niets te maken met de Koerden zelf. De VS-politiek blijft gebaseerd op de constante dat het regime van Saddam Hoessein moet omvergegooid worden.
Ook de positie van Turkije is, zoals gezegd, van invloed op de VS-houding. Dat land wil onder geen beding weten van een onafhankelijke Koerdische staat aan zijn zuidelijke grens. Dat zou een precedent zijn, zo is de redenering, met gevolgen voor het Koerdische zuidoosten in eigen land. Turkije staat met andere woorden uitermate huiverachtig tegenover elke politiek die de Koerden in Irak kan versterken, ook al streven ze inmiddels niet meer naar een onafhankelijk Koerdistan. Zij zijn nu tevreden wanneer de Iraakse Koerden een federatie binnen Irak zouden vormen. Ankara heeft intussen eveneens aan de VS-bondgenoot laten verstaan dat het geen voorstander is van een gewelddadig verwijderen van het Saddam-regime en dat Washington verder de diplomatieke weg zou moeten bewandelen om te bekomen dat VN-inspecteurs opnieuw worden toegelaten.
Aandacht afleiden
Geen meevaller voor de VS, zeker niet nu het Israëlisch leger met zijn brute invasie in Palestina de hele Arabische wereld op stelten heeft gezet. Dat weerhield oud-premier Benjamin Netanyahu er niet van om in een onderhoud met Cheney en veiligheidsadviseur Condoleezza Rice te stellen dat "er niet moet gewacht worden op kalmte (de oorlog in Palestina, nvdr) om Irak te raken."2 Begrijpelijk standpunt, want dat zou de aandacht van de wereld afleiden van de oorlog die momenteel tegen Palestina wordt gevoerd. En in de VS kan Netanyahu’s pleidooi op veel sympathie rekenen.
Binnen de VS zelf is men nu grondig aan het puzzelen hoe het Afghanistan-scenario concreet op Irak kan worden toegepast. In juni komt er een door de VS gefinancierde conferentie van de Iraakse en Koerdische oppositie.3 De organisatie is in handen van het in Washington gevestigde Middle East Institute en moet een discussie openen over de toekomst van Irak. De conferentie moet leiden tot een principeverklaring en heeft duidelijk de ambitie om de eerste krijtlijnen te tekenen van een nieuw bestuur met een nieuwe grondwet, legerhervormingen en wellicht een gewijzigde verhouding tussen de bevolkingsgroepen.
Toch is er enige scepsis in de VS. Volgens Kenneth Pollack, een voormalig functionaris van de Amerikaanse Nationale Veiligheidsraad, is er een groot verschil tussen de situatie in Afghanistan en Irak. In Afghanistan stond de Noordelijke Alliantie militair voldoende sterk om van partij te dienen tegen de Taliban. In Irak kunnen de Koerden hooguit 60 tot 70.000 peshmerga’s in stelling brengen tegen het 400.000 man sterke Iraakse leger, dat bovendien beter georganiseerd en bewapend is.
Alles samen ziet het er naar uit, dat de VS zich veel beter zullen voorbereiden, vooraleer toe te slaan in Irak. Maar Washington kan soms onverwacht uit de hoek komen.
Noten:
1
The Christian Monitor, 28.03.2002.2
Ha’aretz, 12.04.2002.3
Al-Sharq al-Awsat, 10.04.2002Dit artikel verschijnt ook in het tweemaandelijks blad ‘De Koerden’ dat uitgegeven wordt door het Koerdisch Instituut te Brussel. Voor meer info of een proefnummer: 02/230.89.30 of mail naar Lieve Driesen (akouba1@hotmail.com of info@kurdishinstitute.be)
(Uitpers, mei 2002)